De Europese Unie

Wat ze is en wat ze doet

Deze publicatie is een gids over de Europese Unie (EU) en over wat ze doet.

In het eerste deel wordt kort uitgelegd wat de EU is.

In het tweede deel, “Wat de Europese Unie doet”, wordt beschreven wat de EU in meer dan 40 verschillende domeinen doet om het leven van de mensen in Europa en daarbuiten te verbeteren.

In het derde deel, “Hoe de Europese Unie besluiten neemt en optreedt”, worden de instellingen beschreven die een centrale rol spelen in het besluitvormingsproces van de EU, en wordt uitgelegd hoe hun besluiten in acties worden vertaald.

Blauw gedrukte passages zijn hyperlinks naar meer gedetailleerde informatie in de html- en pdf-versies van dit boek.

  HTML PDF PRINT
Deze publicatie is beschikbaar in de volgende formaten HTML PDF General Report Paper General Report

1 De Europese Unie in het kort

De Europese Unie (EU) is een unieke economische en politieke unie tussen 27 Europese landen.

De EU zoals we die vandaag de dag kennen, komt voort uit verschillende verdragen die in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog zijn ondertekend. De eerste stappen waren gericht op het bevorderen van economische samenwerking op basis van het idee dat landen die handel met elkaar drijven, economisch van elkaar afhankelijk worden en daardoor meer geneigd zijn om conflicten te vermijden. Het resultaat was de Europese Economische Gemeenschap (EEG), die werd opgericht in 1958. Het oorspronkelijke doel van de EEG was het aanzwengelen van de economische samenwerking tussen zes landen: België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland.

Sindsdien hebben 22 andere landen zich bij dat samenwerkingsverband aangesloten (en heeft het Verenigd Koninkrijk de EU op 31 januari 2020 verlaten) en is er een enorme eengemaakte markt (ook bekend als de interne markt) gecreëerd, die steeds verder wordt ontwikkeld om het volledige potentieel ervan te benutten.

Wat begon als een zuiver economische unie, heeft zich ontwikkeld tot een organisatie die een groot aantal verschillende beleidsgebieden bestrijkt, van klimaat, milieu en gezondheid tot externe betrekkingen en veiligheid, recht en migratie.

De EU zorgt al meer dan een halve eeuw voor vrede, stabiliteit en welvaart. Zij heeft de levensstandaard van haar burgers helpen verhogen en een gemeenschappelijke munt ingevoerd, de euro. Meer dan 340 miljoen EU-burgers in 19 landen gebruiken inmiddels de euro en genieten de voordelen ervan.

Dankzij de afschaffing van grenscontroles tussen de meeste EU-lidstaten kunnen personen vrij reizen door het grootste deel van het continent. Ook is het veel gemakkelijker geworden om in een ander Europees land te wonen en te werken. Alle EU-burgers hebben het recht en de vrijheid om te kiezen in welke EU-lidstaat ze willen studeren, werken of na hun pensionering willen wonen. Op het gebied van arbeid, sociale zekerheid en belastingen moet elke EU-lidstaat burgers van andere EU-lidstaten precies hetzelfde behandelen als zijn eigen burgers.

De belangrijkste economische motor van de EU is de eengemaakte markt. In de eengemaakte markt geldt vrij verkeer voor personen, goederen, diensten en geld. De EU wil dit voorbeeld volgen op gebieden als energie, kennis en kapitaalmarkten, zodat Europeanen ook van deze bronnen maximaal kunnen profiteren.

De EU blijft eraan werken om de EU-instellingen transparanter en democratischer te maken. De besluitvorming vindt op een zo open mogelijke wijze plaats, en zo dicht mogelijk bij de burgers. Het rechtstreeks gekozen Europees Parlement heeft meer bevoegdheden gekregen en ook de rol van de nationale parlementen is groter dan voorheen; deze werken nu nauwer samen met de Europese instellingen.

De EU wordt bestuurd op basis van het beginsel van representatieve democratie, waarbij de burgers op EU-niveau rechtstreeks worden vertegenwoordigd in het Europees Parlement en de lidstaten worden vertegenwoordigd in de Europese Raad en de Raad van de Europese Unie.

De burgers worden aangemoedigd om bij te dragen aan het democratische leven van de EU door hun mening over EU-beleid te geven in de ontwerpfase daarvan of door suggesties te doen voor de verbetering van bestaande wetgeving of bestaand beleid. Het Europees burgerinitiatief geeft burgers meer inspraak in EU-beleid dat van invloed is op hun leven. Ook kunnen burgers klachten en verzoeken om informatie over de toepassing van het EU-recht indienen.

In het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) wordt het volgende bepaald: “De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren. Deze waarden hebben de lidstaten gemeen in een samenleving die gekenmerkt wordt door pluralisme, non-discriminatie, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid van vrouwen en mannen.”

Deze waarden maken integraal deel uit van de Europese manier van leven. Menselijke waardigheid vormt de basis van de grondrechten; zij moet worden geëerbiedigd en beschermd.

De mensenrechten worden beschermd door het Handvest van de grondrechten van de EU. De grondrechten van de EU omvatten het recht om niet te worden gediscrimineerd op grond van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid, het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op toegang tot justitie.

In 2012 heeft de EU de Nobelprijs voor de vrede gekregen voor het bevorderen van vrede, verzoening, democratie en mensenrechten in Europa.

EU-burger zijn betekent ook politieke rechten genieten. Alle volwassen EU-burgers hebben het recht om zich kandidaat te stellen voor en te stemmen bij verkiezingen voor het Europees Parlement, in hun land van verblijf of in hun land van herkomst.

De EU is gebaseerd op de rechtsstaat. Alle burgers zijn gelijk voor de wet en alles wat de EU doet, is gebaseerd op verdragen, die op vrijwillige basis en democratisch zijn gesloten tussen de EU-lidstaten. Recht en justitie worden gewaarborgd door een onafhankelijke rechterlijke macht. De landen die lid zijn van de EU hebben het Hof van Justitie van de Europese Unie aangewezen als hoogste autoriteit op het gebied van EU-recht, en de arresten van het Hof moeten door iedereen worden nageleefd.

De EU-lidstaten en de EU-instellingen

De kern van de EU wordt gevormd door haar 27 lidstaten en hun burgers. Het unieke kenmerk van de EU is dat deze lidstaten, hoewel zij soeverein en onafhankelijk blijven, een deel van hun soevereiniteit bundelen om samen te werken waar dat zinvol is waar dat van toegevoegde waarde is.

In de praktijk betekent dit dat de lidstaten sommige besluitvormingsbevoegdheden aan de door hen gecreëerde gemeenschappelijke instellingen overdragen, zodat besluiten over specifieke onderwerpen die van gemeenschappelijk belang zijn, democratisch op EU-niveau kunnen worden genomen.


Lidstaten van de Europese Unie (2022)


Bij de besluitvorming op EU-niveau zijn verschillende instellingen betrokken, met name:

  • het Europees Parlement, dat de burgers van de EU vertegenwoordigt en dat rechtstreeks door hen is gekozen;
  • de Europese Raad, bestaande uit de staatshoofden en regeringsleiders van de EU-lidstaten;
  • de Raad van de Europese Unie (ook "de Raad" genoemd), die de regeringen van de EU-lidstaten vertegenwoordigt, en
  • de Europese Commissie, die de belangen van de EU in haar geheel vertegenwoordigt.

Ook de nationale parlementen hebben een rol in het besluitvormings- en wetgevingsproces, evenals twee adviesorganen. Dit zijn het Europees Comité van de Regio’s, dat bestaat uit vertegenwoordigers van regionale en lokale overheden, en het Europees Economisch en Sociaal Comité, waarin vertegenwoordigers van werknemers- en werkgeversorganisaties en belangengroepen zitting hebben.

In het algemeen stelt de Commissie nieuwe wetten voor en worden deze door het Parlement en de Raad aangenomen.

De adviesorganen (het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Europees Comité van de Regio’s) en de nationale parlementen spelen een rol in dat proces door adviezen over de wetgevingsvoorstellen te formuleren, voornamelijk vanuit het oogpunt van subsidiariteit en evenredigheid. Subsidiariteit betekent dat de EU, behalve op de terreinen waarop zij exclusieve bevoegdheden heeft, alleen optreedt als actie op EU-niveau effectiever zal zijn dan op nationaal niveau. Het evenredigheidsbeginsel houdt in dat EU-actie moet worden beperkt tot wat nodig is om de doelen van de EU-Verdragen te bereiken.

De lidstaten en de betrokken EU-instelling(en) voeren de vastgestelde EU-wetgeving vervolgens uit. Het derde deel van deze publicatie bevat meer informatie over hoe de EU besluiten neemt en deze uitvoert.

De EU-Verdragen

Alles wat de EU doet, is gebaseerd op verdragen waarmee alle lidstaten van de EU vrijwillig en op democratische wijze hebben ingestemd. De verdragen leggen de doelstellingen van de EU vast, alsmede de regels voor de EU-instellingen, het besluitvormingsproces en de betrekkingen tussen de EU en haar lidstaten.

In bepaalde specifieke gevallen nemen niet alle lidstaten deel aan alle domeinen van het EU-beleid. De euro is hiervan een voorbeeld. Hoewel de euro de eenheidsmunt is van de hele EU, bestaat de eurozone momenteel uit maar 19 lidstaten. Denemarken maakt gebruik van de uitzonderingsclausule (“opt-out”) en de resterende landen voldoen nog niet aan de criteria voor toetreding. Een ander voorbeeld is het Schengengebied. 22 lidstaten behoren tot het Schengengebied, wat inhoudt dat mensen de grens tussen twee van deze landen kunnen oversteken zonder hun paspoort te laten zien. Vijf lidstaten behouden hun eigen grenscontrole.

Vooruitblik

Als voortzetting van de strategische agenda die de EU-leiders zijn overeengekomen, heeft de Commissie Von der Leyen, toen zij in december 2019 aantrad, een nieuwe en ambitieuze koers naar een groenere, digitalere en eerlijkere EU ingezet.

Op dit moment reageert de EU op de uitdagingen van een steeds complexere en snel veranderende wereld, terwijl er twee historische gebeurtenissen plaatsvinden: de besmettingen die in maart 2020 tot een mondiale pandemie werden verklaard en de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde agressie van Rusland tegen Oekraïne in februari 2022. Door deze nieuwe dreigingen moesten alle 27 lidstaten nog nauwer samenwerken en sneller optreden dan ooit tevoren.

Onder meer dankzij het herstelplan NextGenerationEU is de EU beter bestand tegen COVID-19 en toekomstige gevaren voor de gezondheid en is tegelijkertijd de weerbaarheid van de economieën en banen in de EU versterkt. Bij de aanpak van deze crises is de EU sterk verenigd, zowel bij de bestrijding van het virus als in de solidariteit met Oekraïne. Bovendien is de koers naar een groene en digitale toekomst niet alleen behouden, maar zelfs versneld.

De EU is niet alleen afhankelijk van de solidariteit en samenwerking van de lidstaten, maar vraagt ook om input van burgers en stimuleert hun participatie. Een recent voorbeeld hiervan is de Conferentie over de toekomst van Europa. Dit op de burger gerichte initiatief is in het voorjaar van 2021 gestart en duurde 1 jaar. In deze periode kwamen honderdduizenden mensen uit de hele EU bij elkaar om te bespreken wat voor hen als Europeanen belangrijk is. De EU-instellingen zullen de voorstellen van de conferentie nu beoordelen en hierop reageren.

2 Wat de Europese Unie doet

Het tweede deel van deze publicatie bevat een samenvatting van wat de EU op verschillende beleidsgebieden doet, alsmede nuttige links naar meer informatie.

Maart 2022

Coronarespons

De coronapandemie heeft geleid tot menselijke tragedies, lockdowns en economische problemen. De EU is snel in actie gekomen om levens en bestaansmiddelen te beschermen en kwam met een gemeenschappelijke Europees respons op de gezondheids- en economische crisis.

Video:

Wat de EU doet

Solidariteit is de kern van de gemeenschappelijke EU-respons op de coronapandemie. De EU stelt alles in het werk om de lidstaten te helpen hun maatregelen op elkaar af te stemmen. Zij geeft objectieve informatie over de verspreiding van het virus, spant zich in om het virus doeltreffend in te dammen en herstelt de economische en sociale schade ten gevolge van de pandemie.

rescEU, de eerste gemeenschappelijke EU-reserve van medische noodvoorraden, heeft de lidstaten geholpen tekorten te overbruggen. De vaccinstrategie van de EU moet de ontwikkeling, fabricage en verdeling van COVID-19-vaccins versnellen. In het kader van haar strategie voor de aankoop van vaccins financierde de EU een deel van de aanloopkosten van vaccinproducenten om de ontwikkeling en productie van veelbelovende vaccins te versnellen. Inmiddels zijn er vijf veilige en doeltreffende vaccins goedgekeurd voor gebruik in de EU na positieve wetenschappelijke aanbevelingen van het Europees Geneesmiddelenbureau.

In april 2021 had de Commissie al 2,6 miljard vaccindoses besteld. Er lopen nog onderhandelingen over extra doses. In januari 2021 riep de Commissie de lidstaten op de uitrol van de vaccinatie in heel Europa te versnellen. De EU-lidstaten ontvangen ondertussen steeds meer leveringen, en ook het tempo van de vaccinaties gaat omhoog. Ook blijft de Commissie met de farmabedrijven werken aan de verhoging van de productiecapaciteit.

Er wordt ook al gewerkt aan de snelle ontwikkeling van doeltreffende vaccins voor nieuwe varianten. In februari 2021 kwam de Commissie met de HERA Incubator om zich voor te bereiden op zorgwekkende virusvarianten en te zorgen voor de snelle ontwikkeling en productie van doeltreffende vaccins hiertegen.

De EU-begroting voor 2021–2027 en het herstelplan NextGenerationEU trekken samen 1,8 biljoen euro uit om mensen, bedrijven en regio's die het zwaarst getroffen zijn door de crisis te ondersteunen. Daarnaast helpt het initiatief SURE (steun om het risico op werkloosheid in noodsituaties te beperken) banen te redden en gezinnen te steunen in 19 lidstaten.

In maart 2021 heeft de Commissie voorgesteld een digitaal EU-covidcertificaat in te voeren. Dat moet het mensen weer makkelijker maken om tijdens de pandemie binnen de EU op reis te gaan.

Voor de EU is het essentieel dat er in alle hoeken van de wereld veilige vaccins beschikbaar zijn. Daarom heeft ze samen met de EU-lidstaten meer dan 2,2 miljard euro toegezegd aan COVAX, het wereldwijde initiatief voor een eerlijke levering en distributie van vaccins in alle partnerlanden.

Maart 2022

Gezondheid

Gezondheid is een grote prioriteit voor de Europese Unie. Haar gezondheidsbeleid is een aanvulling op het beleid van de lidstaten om iedereen in de EU tegen ernstige, internationale bedreigingen voor de gezondheid te beschermen en toegang te geven tot zorg van hoge kwaliteit.

Voor de eigenlijke zorg blijven de lidstaten zelf verantwoordelijk, maar de EU vult dat nationale beleid aan om gemeenschappelijke doelstellingen te halen. Het gezondheidsbeleid van de EU focust op ernstige, EU-brede gezondheidsrisico’s, preventie en een eerlijke toegang tot gezondheid en goede zorg voor iedereen. Samenwerking, bijvoorbeeld door middelen te bundelen, levert ook schaalvoordelen op.

Video:

Wat de EU doet

De EU streeft naar toegankelijke, doeltreffende en veerkrachtige zorgstelsels in de EU. Zo zet zij zich onder meer in voor vaccinatie (bijvoorbeeld tegen COVID-19), tegen antibioticaresistentie, en preventie en indijking van pandemieën en infectieziekten in het algemeen.

De EU is paraat om snel te reageren op ernstige internationale gezondheidsdreigingen, een essentiële rol voor de bescherming van de Europeanen. Commissievoorzitter von der Leyen kondigde een sterkere Europese gezondheidsunie om gezondheidscrisissen, kanker en medicijntekorten samen aan te pakken.

Kanker is de belangrijkste doodsoorzaak in de EU, en legt ook veel druk op de zorg. De EU ondersteunt de preventie, opsporing, vroegtijdige diagnose en behandeling van kanker, en zet zich in voor de levenskwaliteit van patiënten en overlevers via het Europees kankerbestrijdingsplan. De EU is actief in de strijd tegen roken door middel van tabakswetgeving, en ze bevordert een gezonde levensstijl.

Met haar farmaceutische strategie wil de EU betaalbare medicijnen toegankelijker maken, ook voor patiënten met zeldzame ziekten. Die strategie ondersteunt ook innovatie en diverse toeleveringsketens, om beter paraat te zijn bij crisissen.

Het belangrijkste instrument om het gezondheidsbeleid van de EU te financieren, is het programma EU4Health met een budget van 5,1 miljard euro. Daarmee stimuleert ze ziektepreventie en de paraatheid en veerkracht van de zorg in de EU. Bovendien wordt via het programma Horizon Europa zo’n 5,4 miljard euro geïnvesteerd in medisch onderzoek en innovatie.

Het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding evalueert opkomende dreigingen zodat de EU en de nationale gezondheidsautoriteiten snel kunnen reageren. Om patiënten de beste behandeling te geven, moeten alle geneesmiddelen in de EU op nationaal of Europees niveau (via het Europees Geneesmiddelenbureau) worden goedgekeurd, voordat ze op de markt komen.

De Europese zorgpas helpt reizigers die behandeld moeten worden als ze in een ander EU-lidstaat op reis zijn, en in de EU-wetgeving over geplande zorg in het buitenland staan de regels voor wie voor een behandeling naar een ander EU-land wil. Via Europese referentienetwerken kunnen patiënten met zeldzame of complexe ziekten een beroep doe op de beste expertise die er in heel Europa te vinden is, zonder zelf naar het buitenland te hoeven.

Maart 2022

Europese Green Deal

De Europese Green Deal is het actieplan van de EU om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken. Het is een groeistrategie die tegen 2050 mikt op een moderne, grondstoffenefficiënte en concurrerende Europese economie zonder netto-uitstoot, die niemand aan zijn lot overlaat.

De verandering van het klimaat en de achteruitgang van het milieu bedreigen Europa en de wereld. De atmosfeer warmt op en het klimaat verandert.

Milieubescherming en economische groei kunnen hand in hand gaan. Tussen 1990 en 2019 heeft de EU haar eigen uitstoot van broeikasgassen met 24 % verminderd, terwijl de economie toch zo’n 60 % gegroeid is.

Video:

Wat de EU doet

In de Europese Green Deal staat hoe we van Europa tegen 2050 het eerste klimaatneutrale continent kunnen maken. Om dit doel te bereiken, moet we werken aan een schone, circulaire economie, de biodiversiteit herstellen en de vervuiling terugdringen. Alle sectoren moeten daaraan meewerken, en dat betekent bijvoorbeeld:

  • investeren in milieuvriendelijke technologie
  • bedrijven helpen innoveren
  • zorgen voor schoner, goedkoper en gezonder particulier en openbaar vervoer
  • de energiesector koolstofvrij maken
  • zorgen voor een grotere energie-efficiëntie van gebouwen
  • samenwerken met internationale partners om de mondiale milieunormen te verbeteren.

De EU wil in 2050 klimaatneutraal zijn en wil de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 ten minste 55 % lager krijgen dan het niveau van 1990. De allereerste Europese klimaatwet zal die doelstellingen zwart op wit zetten en garanderen dat de EU op alle beleidsterreinen daaraan meewerkt.

Dat vergt forse investeringen van zowel de EU als de overheden in de lidstaten, maar ook van de private sector. Met het investeringsplan van de Europese Green Deal trekt de EU minstens 1 biljoen euro uit voor duurzame investeringen, en met het mechanisme voor een rechtvaardige transitie laat ze geen enkele regio aan zijn lot over; minstens 55 miljard euro zal aan gerichte maatregelen in de meest getroffen regio’s worden besteed. Het klimaat komt in alle grote EU-financieringsprogramma’s aan bod; minstens 30 % van de begroting voor 2021–2027 gaat naar klimaatmaatregelen.

Aan de basis van de Europese Green Deal ligt de ambitie om het verlies aan biodiversiteit een halt toe te roepen en om te keren door onze voedselsystemen, ons gebruik van bossen, land, water en zee, en onze energiesector, steden en industrie te transformeren. De nieuwe industriestrategie van de EU zal de Europese industrie helpen het voortouw te nemen bij de dubbele transitie naar klimaatneutraliteit en digitaal leiderschap. Digitale technologie krijgt ook een belangrijke rol bij de klimaatdoelstelling van de EU voor 2050, bijvoorbeeld om het energieverbruik in de landbouw, het vervoer, de maakindustrie en vele andere sectoren te optimaliseren.

Klimaatverandering en biodiversiteitsverlies zijn bedreigingen voor de hele planeet, en de EU zal het voortouw blijven nemen bij de internationale inspanningen voor een ambitieus milieu-, klimaat- en energiebeleid wereldwijd.

Maart 2022

Klimaatactie

De EU doet er alles aan om tegen 2050 het eerste klimaatneutrale continent te worden. De Europese Green Deal is haar plan om dit te bereiken door minder broeikasgassen uit te stoten, te investeren in groene technologieën en natuur en milieu te beschermen, en tegelijkertijd de onvermijdelijke gevolgen van de klimaatverandering aan te pakken.

De EU neemt maatregelen als reactie op de veranderingen in het klimaat wereldwijd, met name de stijging van de temperatuur op aarde door het toegenomen uitstoot van broeikasgassen als gevolg van menselijke activiteit. De gemiddelde temperatuur op aarde stijgt, en dat heeft vele gevolgen, zoals meer extreem weer met overstromingen, droogte en stormen. Dat vormt niet alleen een directe bedreiging voor de mens, maar het brengt ook de voedselproductie en de watervoorziening in gevaar, wat weer kan leiden tot hongersnood, conflicten en migratie.

Video:

Wat de EU doet

De EU leidt wereldwijd inspanningen om de klimaatverandering tegen te gaan. Ze werkt actief samen met andere landen en regio’s om de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs te halen, d.w.z. om de temperatuur op aarde zeker niet meer dan 2° C te laten stijgen ten opzichte van vóór de industriële revolutie, en zo mogelijk minder dan 1,5° C.

De EU wil in 2050 klimaatneutraal zijn en wil de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 ten minste 55 % lager krijgen dan het niveau van 1990. De eerste Europese klimaatwet zal die doelstellingen zwart op wit zetten, en de Europese Green Deal, een ambitieus pakket maatregelen, moet Europese burgers en bedrijven van die duurzame groene transitie laten profiteren, en garanderen dat niemand aan zijn lot wordt overgelaten.

Aan die transitie moeten alle geledingen van de economie en de samenleving meewerken. Particulieren en gemeenschappen kunnen hun steentje bijdragen via het Europees klimaatpact, dat iedereen oproept om mee te bouwen aan een groener Europa.

De EU-strategie in verband met de klimaatverandering stimuleert maatregelen zoals de bouw van stormvloedkeringen, het ontwikkelen van droogtebestendige gewassen, de aanpassing van de bouwvoorschriften veranderen, en ondersteuning van internationale maatregelen voor klimaatbestendigheid.

Als we de klimaatproblemen niet aanpakken, betalen we in de EU en wereldwijd een hoge tol. Tegelijkertijd biedt de toenemende vraag naar schone technologie volop mogelijkheden voor innovatie, industriële modernisering en groene banen en groei. Met de Europese Green Deal als groeistrategie kunnen we die optimaal benutten. Het klimaat komt in alle grote EU-financieringsprogramma’s aan bod; minstens 30 % van de begroting voor 2021-2027 gaat naar klimaatmaatregelen.

De EU beschikt over allerlei maatregelen om de uitstoot in alle sectoren van de economie te verminderen. Het EU-systeem voor de handel in emissierechten beperkt de uitstoot van bedrijven, energiecentrales en luchtvaartmaatschappijen binnen Europa op een kosteneffectieve manier. De EU-lidstaten hebben ook nationale emissiereductiedoelstellingen vastgesteld in andere sectoren, zoals vervoer, bouw en landbouw.

Maart 2022

Milieu

De EU-milieunormen behoren tot de strengste ter wereld. Ze beschermen onze natuur en de levenskwaliteit van mensen, vergroenen de economie en zorgen dat er verstandig wordt omgesprongen met onze natuurlijke hulpbronnen.

Niettemin staan we voor grote, wereldwijde problemen, zoals klimaatverandering, verlies van biodiversiteit en schaarste aan hulpbronnen. We moeten deze problemen dringend aanpakken en dat vergt een snelle en ingrijpende transformatie van onze samenleving en van de manier waarop we leven, produceren en consumeren. Het herstel van de EU van de coronapandemie moet groen zijn, Europa veerkrachtiger maken, en rechtvaardig en inclusief zijn voor iedereen.

Het EU-milieubeleid speelt een cruciale rol in de Europese Green Deal als katalysator van de overgang op een klimaatneutrale, hulpbronnenefficiënte en regeneratieve economie, die de planeet meer teruggeeft dan afneemt.

Video:

Wat de EU doet

De EU streeft ernaar de impact van de productie en consumptie van goederen en diensten op het milieu te verminderen. Overgaan op een circulaire economie, waarin producten en materialen hun waarde zo lang mogelijk behouden en afval en hulpbronnenverbruik tot een minimum worden beperkt, is essentieel, wil de EU haar doelstelling van klimaatneutraliteit tegen 2050 halen en het verlies aan biodiversiteit een halt toeroepen.

Het nieuwe actieplan voor de circulaire economie, een van de pijlers van de Green Deal, maakt van duurzame producten de norm in de EU. Het legt de nadruk op gebieden met het grootste potentieel, waaronder elektronica, batterijen en auto's, textiel, de bouw en voedsel. Zo is er een kunststoffenstrategie, die alle plastic verpakkingen in de EU tegen 2030 herbruikbaar of recycleerbaar moet maken, en zijn er nieuwe regels die het gebruik van plastic wegwerpartikelen aanpakken.

De EU moet de natuurlijke hulpbronnen beschermen en de achteruitgang van bedreigde soorten en habitats een halt toeroepen. Daarvoor is er de biodiversiteitsstrategie, die bijvoorbeeld meer gebieden op het land en op zee beschermt, in de aanplant van miljarden bomen voorziet en duurzame landbouwpraktijken stimuleert. De strategie bouwt voort op het bestaande Natura 2000-netwerk van beschermde natuurgebieden in de EU, waar duurzame menselijke activiteiten kunnen samengaan met de bescherming van zeldzame en kwetsbare soorten en habitats.

Om ons te beschermen tegen druk en gezondheidsrisico's vanuit het milieu, zet de EU zich in voor veilig drinkwater en schoon zwemwater, een betere luchtkwaliteit, minder geluidshinder en terugdringing of eliminatie van het gebruik van schadelijke chemische stoffen.

De EU neemt ook het voortouw bij wereldwijde initiatieven ter bevordering van duurzame ontwikkeling. Milieuproblemen trekken zich niets aan van grenzen. Er moet wereldwijd meer worden gedaan om lucht en water schoon te houden, te zorgen dat land en ecosystemen duurzaam gebruikt worden, en de klimaatverandering binnen te perken te houden. Naleving van de milieunormen wordt afgedwongen via handelsovereenkomsten van de EU met andere landen.

Maart 2022

Energie

Met haar energiebeleid streeft de EU naar een gegarandeerde, concurrerende en betaalbare energievoorziening en probeert zij tegelijk ook haar klimaatdoelstellingen te halen.

De EU staat voor een aantal grote uitdagingen op energiegebied. Ze moet ervoor zorgen dat iedereen tegen een redelijke prijs over voldoende energie kan beschikken, maar ze moet tegelijk ook overschakelen van een economie op basis van fossiele brandstoffen op een schoner, koolstofneutraal systeem.

Die transitie maakt het noodzakelijk om efficiënter om te gaan met energie, meer gebruik te maken van hernieuwbare energiebronnen, innovaties en nieuwe technologieën te omarmen, energiesystemen beter over de grenzen heen met elkaar te verbinden en minder afhankelijk te worden van ingevoerde energie.

Video:

Wat de EU doet

Elk EU-land bepaalt zijn eigen energiemix, maar door de regels daarvoor op EU-niveau te coördineren kunnen we gezamenlijk de beleidsdoelstellingen realiseren.

Klimaat en energie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Energie is verantwoordelijk voor 75 % van de uitstoot van broeikasgassen in de EU. Om in 2050 klimaatneutraal te zijn, moet de energievoorziening in de EU volledig hervormd worden.

De energie-unie helpt bij deze transformatie door te zorgen voor meer synergie met andere beleidsterreinen zoals vervoer, onderzoek en innovatie, digitalisering, de circulaire economie en duurzame financiering.

Het wetgevingspakket Schone Energie voor alle Europeanen moet de schone-energietransitie in een stroomversnelling brengen en de EU helpen de verbintenissen van de Klimaatovereenkomst van Parijs na te komen.

Het koolstofvrij maken van de energiesector door het gebruik van hernieuwbare energie is een van de belangrijkste doelstellingen van de Europese Green Deal. Hernieuwbare energie op zee is een van de technologieën met het meeste potentieel. Daarnaast neemt de EU maatregelen om de energie-efficiëntie te vergroten, bijvoorbeeld door de renovatie van miljoenen woningen in Europa, en via ecodesign en energielabels.

De geplande strategieën voor energiesysteemintegratie en waterstof plaveien de weg naar een geheel koolstofvrije, efficiëntere en onderling gekoppelde energiesector. Ook kijkt de Commissie naar nieuwe uitdagingen, zoals het koolstofarm maken van de gassector, door bijvoorbeeld de methaanuitstoot te verminderen.

De aanpak van deze uitdagingen in EU-verband stimuleert bovendien de groei, de werkgelegenheid en het onderzoek, evenals het concurrentievermogen en de duurzaamheid van de energiemarkt. Ook de consument profiteert ervan: meer mogelijkheden om van energieleverancier te veranderen en uiteindelijk een lagere energiefactuur en schonere lucht. Daarnaast ontvouwt de Commissie enkele aanvullende beleidsmaatregelen en acties om de EU-doelstellingen te halen, zoals:

Maart 2022

Vervoer en reizen

Het EU-vervoersbeleid helpt de economie in beweging te blijven door middel van moderne infrastructuur waardoor vervoer sneller en veiliger verloopt, en door het bevorderen van duurzame en digitale oplossingen.

Europa heeft behoefte aan efficiënte vervoersverbindingen om het bedrijfsleven, de groei en de werkgelegenheid te stimuleren, toerisme en vrijetijdsbesteding te bevorderen en mensen met elkaar te verbinden. Vervoer is belangrijk voor de economie en biedt rechtstreeks werk aan ongeveer 10 miljoen mensen. Het vervoersbeleid van de EU is gericht op een crisisbestendige interne Europese ruimte met schoner en groener vervoer en eerlijke concurrentie.

Het platform Re-open EU biedt praktische informatie over COVID-19 en nationale veiligheids- en reismaatregelen, zoals quarantaine en testvereisten in de lidstaten.

Video:

Wat de EU doet

Dankzij de EU is de afgelopen 20 jaar aanzienlijke vooruitgang geboekt in de Europese vervoerssector, met een veiliger luchtruim en veiligere zeeën en wegen, betere arbeidsvoorwaarden voor werknemers, meer en goedkopere mobiliteitsopties en de snelle ontwikkeling van schonere en digitale oplossingen.

Vervoer is evenwel nog verantwoordelijk voor een kwart van de broeikasgasemissies van de EU, maar de Europese Green Deal is erop gericht deze tegen 2050 met 90 % te verminderen. Om tot duurzamere en slimmere mobiliteit te komen, moeten er beter betaalbare, toegankelijkere, gezondere en schonere alternatieven komen. Essentieel daarbij is het stimuleren van het gebruik van schone voertuigen, alternatieve brandstoffen en duurzame vervoerswijzen, zoals het spoor. In 2021 zette het Europees Jaar van de Spoorwegen de voordelen van het spoor in het licht als een duurzaam, slim en veilig vervoersmiddel.

Meer efficiëntie is van cruciaal belang. Digitale technologie die bijvoorbeeld geautomatiseerde mobiliteit en slimme verkeersbeheersystemen mogelijk maakt, verhoogt de efficiëntie en maakt het vervoer schoner.

Met een budget van meer dan 25,8 miljard EUR, gefinancierd via de Connecting Europe Facility, wil de EU het hele continent onderling verbinden. Daarvoor moeten lacunes tussen nationale vervoersnetwerken opgelost en investeringen in grensoverschrijdende verbindingen aangetrokken worden. Er wordt prioriteit gegeven aan milieuvriendelijke vervoerswijzen zoals het spoor en aan de ontwikkeling van infrastructuur voor voertuigen op alternatieve brandstoffen.

Vervoer vormt de ruggengraat van de eengemaakte markt en houdt de economie van de EU aan de gang. Dankzij de interne Europese luchtvaartmarkt en het initiatief voor een gemeenschappelijk Europees luchtruim wordt vliegen steeds eenvoudiger en goedkoper. Erkende spoorwegondernemingen kunnen nu overal in de EU diensten aanbieden en scheepvaartmaatschappijen kunnen in meer landen actief zijn.

Veiligheid staat voorop. Hoewel er vooruitgang in de goede richting is geboekt, zijn in 2020 nog steeds ongeveer 18 800 mensen om het leven gekomen bij verkeersongevallen. Daarom zet de EU zich in voor meer verkeersveiligheid. Het EU-vervoersbeleid helpt reizigers ook op andere manieren: vliegtuig-, trein-, scheeps- en buspassagiers die in de EU reizen, hebben rechten bij vertragingen of annuleringen.

Maart 2022

Voedsel en landbouw

Het gemeenschappelijk landbouwbeleid zorgt voor een stabiele aanvoer van duurzaam geproduceerde en betaalbare levensmiddelen voor de 447 miljoen consumenten van de EU. Het helpt ook bij de aanpak van klimaatverandering, het beheer van onze natuurlijke rijkdommen, en stimulering van banen en groei in plattelandsgebieden.

Het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) wordt in alle EU-landen toegepast en betaald uit de EU-begroting. Het ondersteunt de vitale voedsel- en landbouwsector van de EU waar bovendien bijna 40 miljoen mensen werken.

Crisissen zoals de klimaatverandering en de coronapandemie herinneren eraan dat ons voedselsysteem kwetsbaar is en weerbaarder moet worden. Een gezonder en duurzamer EU-voedselsysteem is een hoeksteen van de Europese Green Deal.

Video:

Wat de EU doet

Het GLB biedt steun op de volgende manieren.

  • Rechtstreekse betalingen als inkomenssteun voor boeren. Die steun vangt een deel van de risico’s en onzekerheden van het boerenbedrijf op, in ruil voor strikte naleving van de regels voor voedselveiligheid, milieu, diergezondheid en dierenwelzijn.
  • Marktmaatregelen om het hoofd te bieden aan moeilijke situaties zoals een plotselinge daling van de vraag door een gezondheidscrisis of prijsdalingen bij een tijdelijk overaanbod.
  • Programma’s voor plattelandsontwikkeling (gefinancierd door de EU en de lidstaten samen) om innovatie en concurrentievermogen te bevorderen en het platteland aantrekkelijk te maken als plek om te wonen en te werken.

In 2019 steunde de EU de Europese boeren voor een bedrag van 57,98 miljard euro, waarvan bijna driekwart naar inkomenssteun ging.

In haar voorstellen voor het toekomstige GLB wil de EU de nadruk verschuiven van regels en naleving naar prestaties en resultaten. De landbouwsector moet nog duurzamer en concurrerencer worden en bijdragen aan de doelstellingen van de Europese Green Deal. Boeren, agrovoedingsbedrijven, bosbouwers en plattelandsgemeenschappen spelen op allerlei vlakken een essentiële rol. Een voorbeeld is de strategie Van boer tot bord met de bedoeling het milieu te beschermen via een duurzame voedselproductie en consumptie. De strategie moet gezonde voeding voor iedereen promoten, voedselverlies en -verspilling voorkomen, en een eerlijk inkomen voor de boeren garanderen. Het toekomstige GLB houdt nauw verband met de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 en als het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie daarmee definitief akkoord gaan, moet het vanaf 1 januari 2023 worden uitgevoerd.

De algemene levensmiddelenwetgeving van de EU beschermt de gezondheid en consumentenrechten van de Europeanen en zorgt voor een goede werking van de eengemaakte markt. De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid brengt advies uit over voedselkwesties om mens, dier, plant en milieu te beschermen. Het systeem voor snelle waarschuwingen voor levensmiddelen helpt om levensmiddelen die niet aan de Europese normen voldoen, snel uit de rekken te halen. Bij grote uitbraken van dierziekten of voedselvergiftiging kunnen de EU-autoriteiten nagaan waar de betrokken levensmiddelen zich bevinden dankzij het TRACES-systeem.

Maart 2022

Oceanen en visserij

Onze oceanen produceren het merendeel van de zuurstof die we inademen, regelen ons weer en het klimaat, en herbergen de meeste soorten van de planeet. Zij zijn ook belangrijk voor de Europese economie en geven ons voedsel, banen, vervoer en recreatie. De EU zet zich in om onze zeeën en oceanen te beschermen en ecologisch en economisch duurzaam te houden voor toekomstige generaties.

Wat de EU doet

Met een omzet van 650 miljard euro in 2018 en werkgelegenheid voor bijna 4,5 miljoen mensen is de "blauwe" sector van de EU in goede gezondheid. De EU-strategie voor een duurzame blauwe economie is erop gericht het potentieel voor duurzame groei in de mariene en maritieme sectoren als geheel te benutten.

Video:

Dankzij onderzoek en innovatie zijn zeeën en oceanen een bron van hernieuwbare energie, mineralen en geneesmiddelen. Er zijn veel geschikte en zeer gevarieerde locaties op zee en nieuwe installaties worden steeds goedkoper. Daardoor bevindt de EU zich in een bijzonder gunstige positie voor de offshore-opwekking van hernieuwbare energie. Indien, zoals voorgesteld, dit potentieel ten volle wordt benut, helpt dit de EU ook om tegen 2050 klimaatneutraal te worden.

De EU stimuleert deze nieuwe kansen, maar speelt ook een belangrijke rol bij het bevorderen van een verantwoorde en duurzame exploitatie van de zee, zowel in Europa als wereldwijd.

Het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) van de EU moet ervoor zorgen dat visserij en aquacultuur (viskweek onder gecontroleerde omstandigheden) ecologisch, economisch en sociaal duurzaam zijn. Dat moet zorgen voor een dynamische en duurzame visserijsector, het behoud van de visbestanden, de bescherming van het mariene milieu en het waarborgen van een redelijke levensstandaard voor visserijgemeenschappen. Het GVB omvat ook een regelgeving voor het beheer van de Europese vissersvloten en voor het behoud van de visbestanden. Om overbevissing te voorkomen, worden door quota grenzen gesteld aan de hoeveelheid van elke soort die elke EU-lidstaat mag vangen, terwijl een aanlandingsverplichting de verspillende praktijk van het dumpen van ongewenste vis voorkomt.

De EU heeft beschermde gebieden ingevoerd om de mariene ecosystemen en hun biodiversiteit te beschermen, samen met alles wat zij ons geven, en streeft ernaar tegen 2030 ten minste 30 % van de zeeën van de EU te beschermen. Bovendien zijn er EU-regels om zwerfvuil op zee aan te pakken, vooral de tien plastic wegwerpproducten die in Europa het vaakst op het strand en in zee worden aangetroffen, naast verloren en achtergelaten vistuig.

Het gemeenschappelijk visserijbeleid en het maritiem beleid van de EU worden gefinancierd uit het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur. In afwachting van de definitieve goedkeuring zal dit fonds meer dan 6,1 miljard euro (2021-2027) beschikbaar stellen voor duurzame ontwikkeling in de sector, met bijzondere aandacht voor de ondersteuning van kleinschalige kustvisserij.

Maart 2022

Economie, financiën en de euro

De economische en monetaire unie vormt een gezamenlijke basis voor stabiliteit, werkgelegenheid en groei in de hele EU.

De economische en monetaire unie verbindt de economieën van de EU met elkaar door een gecoördineerd economisch en begrotingsbeleid, dezelfde regels voor banken en financiële dienstverlening, een gemeenschappelijk monetair beleid en een gemeenschappelijke munt, de euro. Het is een krachtig instrument om te zorgen voor banen, groei, sociale rechtvaardigheid en financiële stabiliteit. Hoewel er de afgelopen jaren flinke hervormingen zijn doorgevoerd om de economische en monetaire unie te verbeteren, is het werk nog volop bezig.

Video:

Wat de EU doet

Het economisch en financieel beleid van de EU heeft verschillende doelen:

  • banen scheppen en investeringen stimuleren;
  • economische stabiliteit bevorderen;
  • de economische en monetaire unie efficiënter maken;
  • financiële instellingen en complexe financiële producten reguleren;
  • de financiële stabiliteit behouden en de belastingbetaler tijdens financiële crises beschermen;
  • de internationale rol van de euro versterken.

Alle 27 EU-landen maken deel uit van de economische en monetaire unie, maar een groep EU-landen is verder geïntegreerd en gebruikt samen de euro als munt. Die landen vormen samen de eurozone. Vandaag de dag wordt de euro gebruikt door meer dan 340 miljoen mensen in 19 EU-landen. De eurobiljetten en -munten zijn een tastbaar symbool van de vrijheid, het gemak en de kansen die de EU biedt.

In de nasleep van de financiële crisis van 2008 heeft de EU actie ondernomen om een aantal zwakke punten van de economische en monetaire unie aan te pakken en een veiligere financiële sector tot stand te brengen. De EU heeft de economische governance versterkt, een systeem opgezet om de eurozone financieel stabiel te houden, de overheidsfinanciën van de EU-landen verbeterd en investeringen aangemoedigd. Bovendien heeft de EU regels ingevoerd om de veerkracht van de financiële instellingen in de EU te vergroten en beter toezicht op banken in de eurozone te houden.

De stevige basis die de economische en monetaire unie biedt, heeft de EU-landen geholpen de economische en sociale gevolgen van de coronapandemie te doorstaan. De pandemie heeft duidelijk gemaakt dat we snel, doortastend en gecoördineerd op crises moeten reageren. De EU heeft gereageerd door de EU-landen toe te staan af te wijken van hun normale begrotingsregels, een SURE-initiatief ter waarde van 100 miljard euro op te zetten om banen en werknemers te beschermen, en door een ongeziene faciliteit voor herstel en veerkracht van ruim 720 miljard euro te lanceren, het centrale onderdeel van NextGenerationEU. Deze faciliteit financiert de investeringen en hervormingen die elk EU-land heeft voorgesteld in zijn herstel- en veerkrachtplan. Deze maatregelen ondersteunen de groene en de digitale transitie en helpen de EU-landen sterker uit de pandemie te komen.

Maart 2022

Werkgelegenheid en sociale zaken

De EU draagt bij tot het scheppen van meer en betere banen in Europa en streeft naar eerlijke sociale normen voor iedereen, onder andere via de 99,3 miljard euro van het Europees Sociaal Fonds Plus voor de periode 2021-2027.

De EU en haar lidstaten delen de verantwoordelijkheid voor het beleid op het gebied van werkgelegenheid en sociale zaken. De Commissie heeft van werkgelegenheid, groei en investeringen topprioriteiten gemaakt, ondersteund door NextGenerationEU, het herstelplan van de EU om de sociale en economische gevolgen van de COVID-19-pandemie aan te pakken.

Wat de EU doet

Het EU-beleid op het gebied van werkgelegenheid en sociale zaken is bedoeld om:

De EU levert en coördineert financiering om de EU-landen te helpen investeren in kinderopvang, gezondheidszorg, opleiding, toegankelijke infrastructuur en hulp bij het vinden van een baan. Het Europees Sociaal Fonds Plus zal miljoenen mensen helpen nieuwe vaardigheden te verwerven, met name vaardigheden die nodig zijn voor de groene en de digitale transitie, en betere banen te vinden. De jongerengarantie helpt ervoor te zorgen dat alle mensen onder de 30 jaar binnen 4 maanden nadat zij het formele onderwijs hebben verlaten of werkloos zijn geworden, een goed en concreet aanbod krijgen voor een baan, een plaats in het leerlingstelsel, een stage of een voortgezette opleiding. Het nieuwe ALMA-initiatief (Aim, Learn, Master, Achieve) is bedoeld om kansarme jongeren te helpen die om individuele of structurele redenen minder kans hebben op toegang tot een opleiding of de arbeidsmarkt.

De Europese vaardighedenagenda is bedoeld om burgers en bedrijven te helpen meer en betere vaardigheden te ontwikkelen en bevat ambitieuze doelstellingen die tegen 2025 verwezenlijkt moeten zijn.

In de Europese pijler van sociale rechten zijn beginselen en rechten vastgelegd op het gebied van gelijke kansen op de arbeidsmarkt, eerlijke werkomstandigheden en sociale bescherming. In een actieplan om deze beginselen in de praktijk om te zetten, worden de belangrijkste doelstellingen voor 2030 op het gebied van werkgelegenheid, opleiding, sociale bescherming en inclusie vastgesteld.

De EU-regelgeving inzake de coördinatie op het gebied van sociale zekerheid vervangt de nationale stelsels niet, maar beschermt de socialezekerheidsrechten van mensen wanneer ze zich binnen de EU (en IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland) verplaatsen. De Europese Arbeidsautoriteit zal ervoor zorgen dat de EU-regels voor arbeidsmobiliteit op een eerlijke, simpele en effectieve manier worden uitgevoerd. Eures, het Europees portaal voor beroepsmobiliteit, brengt werkzoekenden in contact met bedrijven die een baan aanbieden, terwijl de Europass-dienst mensen helpt hun cv’s op te stellen.

Maart 2022

Banen, groei en investeringen

De EU wil een aantrekkelijker investeringsklimaat creëren dat economische groei en werkgelegenheid zal stimuleren. Zij wil dit doen door belemmeringen voor investeringen weg te nemen en ervoor te zorgen dat de Europeanen over de vaardigheden beschikken die nodig zijn voor de banen van de toekomst.

De EU pakt de gevolgen van de coronapandemie aan en helpt de EU-burgers om met succes door de groene en de digitale transitie te komen. Het doel is ervoor te zorgen dat de transformatie van de economie van de EU eerlijk en inclusief verloopt, zodat elke burger de vruchten kan plukken van deze transities en niemand aan zijn lot wordt overgelaten.

Wat de EU doet

Het InvestEU-programma is een belangrijk onderdeel van het herstelplan van de EU om de gevolgen van de coronapandemie aan te pakken en de langetermijnprioriteiten van de EU te verwezenlijken. Het bouwt voort op het succes van het investeringsplan voor Europa, dat tussen 2015 en 2020 ruim 500 miljard euro opgebracht heeft om de investeringskloof ten gevolge van de financiële crisis van 2007-2008 te dichten. Om de investeringen nog verder te herstellen, biedt InvestEU een EU-begrotingsgarantie om bedrijven in de EU te helpen de financiering aan te trekken die zij nodig hebben. Het is de bedoeling om tussen 2021 en 2027 ten minste 372 miljard euro aan extra investeringen bijeen te brengen. Het programma richt zich op vier belangrijke beleidsterreinen:

  • duurzame infrastructuur;
  • onderzoek/innovatie/digitalisering;
  • kleine en middelgrote ondernemingen;
  • sociale investeringen en vaardigheden.

Ter aanvulling van het programma zal de InvestEU-advieshub fungeren als één enkel loket voor het aanwijzen, voorbereiden en ontwikkelen van investeringsprojecten in de hele EU.

De snelle overgang naar een klimaatneutraal en digitaal Europa verandert de manier waarop we werken. De Europese vaardighedenagenda draagt nu al bij aan de aanpak van deze uitdaging en stelt doelstellingen vast die in de periode tot 2025 moeten worden verwezenlijkt. Deze agenda voert de kernbeginselen uit van de Europese pijler van sociale rechten, die tot doel heeft een eerlijke en inclusieve Europese arbeidsmarkt tot stand te brengen. Om de burgers concrete voordelen te bieden, zijn voor 2030 ambitieuze doelstellingen voor werkgelegenheid, opleidingen, sociale bescherming en inclusie vastgesteld.

Het mechanisme voor een rechtvaardige transitie, de herstel- en veerkrachtfaciliteit en het voorgestelde toekomstige sociale klimaatfonds zullen helpen om de sociale en regionale verschillen kleiner te maken. De Commissie werkt ook aan concrete maatregelen en oplossingen voor de demografische uitdagingen in Europa, om de meest getroffen mensen, regio’s en gemeenschappen te ondersteunen.

Maart 2022

Regio’s

Het regionaal beleid is gericht op alle regio’s en steden in de Europese Unie, en is bedoeld om de werkgelegenheid, de concurrentiepositie van ondernemingen, de economische groei en de duurzame ontwikkeling te ondersteunen en de levenskwaliteit van burgers te verbeteren.

De luchthavens van Riga en Wrocław moderniseren; de stedelijke mobiliteit in Athene, Sofia en Cluj-Napoca verbeteren; de Mont Saint-Michel bewaren en Pompeii beschermen; breedbandinfrastructuur ontwikkelen in heel Litouwen; bedrijven in Utrecht en Paredes ondersteunen; de afvalwaterzuivering in Trenčín en Slavonski Brod vernieuwen; het gebruik van informatica in universiteiten in Nicosia en Ljubljana bevorderen — dit zijn slechts enkele voorbeelden van de duizenden projecten die medegefinancierd worden door het regionaal beleid van de EU.

Video:

Wat de EU doet

Het regionaal beleid onderbouwt de Europese solidariteit, stimuleert de economische groei en verbetert de levenskwaliteit door strategische investeringen. Het grootste deel van de financiering wordt gebruikt om de minder ontwikkelde landen en regio’s van de EU te helpen hun achterstand in te halen en zo de economische, sociale en territoriale ongelijkheden die nog steeds in de EU bestaan, te verkleinen.

Het regionaal beleid wordt gezamenlijk beheerd door de Commissie en de EU-lidstaten en hun regio’s, die de projecten kiezen die door de EU zullen worden medegefinancierd in het kader van programma’s die vooraf met de Commissie zijn overeengekomen. De EU-financiering wordt altijd aangevuld met nationale (private en/of publieke) middelen.

Via de programma’s voor Europese territoriale samenwerking (Interreg) besteedt het regionaal beleid bijzondere aandacht aan de behoeften en het potentieel van grensregio’s.

Bijna een derde (392 miljard euro) van de EU-begroting voor 2021-2027 is gereserveerd voor regionaal beleid. Deze middelen worden gebruikt om strategische vervoers- en communicatie-infrastructuur te financieren, de overgang naar een milieuvriendelijkere economie te bevorderen, kleine en middelgrote ondernemingen te helpen innovatiever en concurrerender te worden, nieuwe en duurzame banen te creëren, onderwijsstelsels te versterken en te moderniseren, en aan een inclusievere samenleving te bouwen.

In het kader van NextGenerationEU zal de herstelbijstand voor cohesie en de regio’s van Europa (React-EU) bovendien tot 2023 zorgen voor ruim 50 miljard euro aan nieuwe middelen voor bestaande programma's in de lidstaten om het herstel van de coronapandemie te ondersteunen.

Om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken, zal de EU via het mechanisme voor een rechtvaardige transitie tussen 2021 en 2027 ongeveer 55 miljard euro helpen aantrekken om de regio’s te ondersteunen waarvoor de overgang naar een klimaatneutrale economie het meest nadelig is. Ook het voorgestelde sociaal klimaatfonds moet de lidstaten bij de transitie naar klimaatneutraliteit helpen om de mensen die het meest afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen te ondersteunen.

Maart 2022

Onderzoek en innovatie

Via het programma voor onderzoek en innovatie “Horizon Europa”, dat een begroting van 95,5 miljard euro heeft, bevordert de EU groei en banen en pakt zij een aantal van onze grootste uitdagingen aan.

Onderzoek en innovatie zijn essentieel voor onze economie en maatschappij. Zij vormen de kern van de Europese inspanningen om banen te scheppen en groei en investeringen te stimuleren, en helpen het leven van mensen te verbeteren door vooruitgang op gebieden als gezondheidszorg, vervoer en energie. Onderzoek en innovatie bieden ons ook de kennis en oplossingen om acute problemen, zoals de coronapandemie, en uitdagingen op langere termijn, zoals klimaatverandering en de strijd tegen kanker, aan te pakken.

Video:

Wat de EU doet

De EU is de grootste kennisfabriek ter wereld en levert bijna een derde van de wereldwijde productie van wetenschap en technologie. Gezien de toegenomen concurrentie moet de EU de resultaten van uitstekend onderzoek en innovatieve ideeën blijven omzetten in succesvolle technologieën en producten. Alle EU-lidstaten beschikken over hun eigen onderzoeksbeleid en financieringsprogramma's, maar veel grote problemen kunnen het best worden aangepakt door betere samenwerking tussen onderzoekers en innovatoren in verschillende landen. Dat is de reden waarom onderzoek en innovatie op EU-niveau worden ondersteund, met name via het programma Horizon Europa.

Horizon Europa is een van de grootste en meest ambitieuze onderzoeksprogramma’s ter wereld. Het investeert 95,5 miljard euro (2021-2027), naast de andere publieke en private investeringen die dit geld aantrekt. Voortbouwend op de resultaten van het programma Horizon 2020 blijft het de Europese wetenschappelijke topprestaties voorstuwen door middel van de Europese Onderzoeksraad en de Marie Skłodowska-Curie-beurzen en -uitwisselingen. Het bouwt ook voort op wetenschappelijk advies, technische ondersteuning en specifiek onderzoek van de wetenschaps- en kennisdienst van de Commissie, het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek.

Horizon Europa bevat ook een reeks EU-missies, een nieuwe manier om samen te werken om grote uitdagingen op het gebied van gezondheid, klimaat en milieu aan te pakken. Elk van de vijf missies vormt een reeks acties waarmee tegen 2030 concrete resultaten moeten worden geboekt.

Horizon Europa ondersteunt ook Europese partnerschappen, waarbinnen de EU, de nationale autoriteiten en de particuliere sector worden samengebracht om een aantal van de meest urgente uitdagingen van Europa aan te pakken, door middel van gecoördineerde onderzoeks- en innovatie-initiatieven. Zij zullen bijdragen tot een robuustere Europese onderzoeksruimte, die tot doel heeft een interne EU-markt voor onderzoek, innovatie en technologie tot stand te brengen, en landen in staat stelt doeltreffender te zijn door hun onderzoeksbeleid en -programma’s op elkaar af te stemmen.

Binnen het hele Horizon Europa-programma zijn open toegang tot publicaties en de toepassing van openwetenschapsbeginselen verplicht.

Maart 2022

Eengemaakte markt

De eengemaakte markt is een van de belangrijkste verwezenlijkingen van de EU. Al 30 jaar helpt zij het dagelijks leven voor burgers en bedrijven te vergemakkelijken omdat goederen, diensten, mensen en geld vrij kunnen circuleren binnen de EU.

Dankzij de eengemaakte markt (ook wel de interne markt genoemd) kunnen EU-burgers in alle EU-lidstaten studeren, wonen, winkelen, werken en met pensioen gaan, en van producten uit heel Europa genieten. Bedrijven kunnen hun activiteiten uitbreiden, terwijl concurrentie helpt om de prijzen te verlagen en de consument meer keuze te bieden. Tegelijkertijd zorgt de EU ervoor dat deze ruimere vrijheden de rechtvaardigheid, consumentenbescherming en milieuduurzaamheid niet ondermijnen.

Video:

Wat de EU doet

Ondersteund door de industriestrategie van de EU speelt de eengemaakte markt een essentiële rol bij het ondersteunen van bedrijven op de weg naar de groene en de digitale transitie. Zij helpt ook om bedrijven te beschermen tegen schokken en crises in de voorziening en tegelijkertijd hun mondiale concurrentievermogen te versterken.

De EU werkt aan:

  • het voortbouwen op de lessen die zijn getrokken uit de COVID-19-pandemie en de Russische invasie van Oekraïne, bijvoorbeeld door verstoringen van de toeleveringsketen aan te pakken;
  • het ervoor zorgen dat de eengemaakte markt bedrijven en ondernemers meer mogelijkheden biedt om hun activiteiten uit te breiden;
  • het aanpakken van belemmeringen die verhinderen dat mensen gemakkelijk goederen en diensten uit of in een andere lidstaat kunnen kopen of verkopen, en die verhinderen dat werknemers zich vrij kunnen verplaatsen;
  • het ervoor zorgen dat dezelfde regels inzake billijkheid, kansen en verplichtingen ook van toepassing zijn op de digitale economie;
  • het verbeteren van om- en bijscholing in alle industriële sectoren;
  • het zorgen voor toegang tot financiering, normen en octrooien om Europees leiderschap op het gebied van innovatieve technologieën op te bouwen, uit te breiden en te beschermen.

Nieuwe industriële allianties op belangrijke gebieden waarin de EU afhankelijk is van derde landen, spelen een belangrijke rol bij de verwezenlijking van haar doelstellingen. In het kader van deze inspanningen heeft de EU nieuwe maatregelen voorgesteld om de overgang naar een circulaire economie te verbeteren en een duurzamere aanvoer van kritieke grondstoffen te waarborgen.

Kleine en middelgrote ondernemingen vertegenwoordigen 99 % van alle bedrijven in de EU en zorgen voor twee derde van alle werkgelegenheid in de particuliere sector. Het EU-beleid moedigt de oprichting van nieuwe bedrijven aan en ondersteunt innovatieve ondernemingen bij hun opschalingsinspanningen.

Met een budget van 4,2 miljard euro voor de periode 2021-2027 consolideert het programma voor de eengemaakte markt een breed scala aan activiteiten op gebieden als voedselveiligheid, consumentenbescherming, normalisatie en concurrentievermogen, het verminderen van overlappingen en het verbeteren van de coördinatie.

Op het Your Europe-portaal is informatie te vinden over wonen, werken, reizen, studeren en zakendoen in een andere lidstaat. Het biedt ook toegang tot diensten zoals Uw Europa — Advies en het netwerk voor probleemoplossing SOLVIT.

Maart 2022

Consumentenbescherming

Het consumentenbeleid van de EU waarborgt de rechten van de consument, zorgt ervoor dat producten veilig zijn, helpt consumenten bij het maken van geïnformeerde keuzes wanneer ze goederen en diensten kopen en biedt instrumenten om problemen op te lossen als er iets fout loopt.

De eengemaakte EU-markt geeft consumenten meer keuze, flexibiliteit, kwaliteit en waar voor hun geld. Het EU-consumentenbeleid zorgt ervoor dat consumenten hun rechten kunnen uitoefenen als zij problemen hebben bij de aankoop van goederen of diensten uit andere EU-landen. Hierdoor wordt vertrouwen opgebouwd en wordt handel aangemoedigd, ook online.

Video:

Wat de EU doet

In de nieuwe consumentenagenda wordt de EU-strategie tot 2025 uiteengezet. Die omvat de maatregelen die de EU zal nemen om het hoofd te bieden aan nieuwe uitdagingen zoals COVID-19 en de groene en digitale transitie. Het gaat onder meer om het aanpakken van milieu- en duurzaamheidskwesties, het handhaven van consumentenrechten en het beschermen van kwetsbare consumenten.

De EU biedt consumenten een reeks praktische rechten voor wanneer er iets fout loopt.

  • Onlinekopers hebben 14 dagen de tijd om zich te bedenken en van hun aankoop af te zien. Ze mogen een product binnen twee weken terugsturen en krijgen dan hun geld terug.
  • Als een artikel dat in de EU is gekocht (online of in een winkel) niet aan de beschrijving voldoet of niet naar behoren werkt, heeft de consument recht op ten minste gratis reparatie of vervanging.
  • De EU-regels voor hypothecaire kredieten zorgen voor duidelijke informatie in advertenties en tijdige informatie voor consumenten voordat zij een contract ondertekenen.
  • Er zijn minimumnormen voor passagiersrechten voor alle soorten vervoer, onder meer voor informatie, bijstand en compensatie in geval van annulering of langdurige vertraging.

De EU biedt ook hulp om geschillen met handelaars snel en doeltreffend op te lossen. Met het platform voor onlinegeschillenbeslechting kunnen consumenten en verkopers geschillen over onlineaankopen oplossen. Het netwerk van Europese consumentencentra biedt consumenten gratis hulp en advies over hun aankopen in andere EU-landen. Nieuwe EU-regels zullen het voor organisaties uiterlijk medio 2023 gemakkelijker maken om de collectieve belangen van consumenten te verdedigen en rechtsvorderingen in te stellen.

Voor speelgoed, elektrische apparaten, cosmetica en geneesmiddelen gelden strenge veiligheids-, gezondheids- en milieunormen. Strenge regels zorgen ervoor dat onveilige producten van de markt worden teruggeroepen. Elk jaar worden honderden producten gemeld via het systeem voor snelle waarschuwing van de EU voor gevaarlijke non-foodproducten. In 2021 heeft de Commissie voorgesteld de regels voor productveiligheid te herzien, waaronder de regels voor onlinemarktplaatsen en de EU-regels inzake consumentenkrediet.

In het EU-actieplan voor de circulaire economie worden de consumenten- en milieurechten op elkaar afgestemd, waarbij de nadruk ligt op kwalitatief hoogstaande en duurzame producten.

Maart 2022

Eerlijke concurrentie

De EU-mededingingsregels zorgen ervoor dat alle bedrijven eerlijk en op voet van gelijkheid concurreren in de eengemaakte markt, en daar varen consumenten, bedrijven en de gehele Europese economie wel bij.

Samen met de nationale mededingingsautoriteiten en de nationale rechtbanken handhaaft de Commissie de EU-mededingingsregels om ervoor te zorgen dat bedrijven eerlijk met elkaar concurreren. Dat leidt mee tot lagere prijzen en een betere kwaliteit, moedigt innovatie en efficiëntie aan en zorgt voor een ruimere keuze voor de consumenten.

Wat de EU doet

De Commissie treedt op met betrekking tot:

  • kartels of andere illegale afspraken tussen bedrijven die onderlinge concurrentie voorkomen of de prijzen kunstmatig hoog houden;
  • misbruik van dominante marktposities door grote spelers die concurrenten uit de markt drukken of te hoge prijzen rekenen;
  • fusies en overnames die de concurrentie binnen de eengemaakte markt kunnen beperken;
  • financiële steun (staatssteun) van EU-overheden aan bedrijven die de concurrentie in de eengemaakte markt kan verstoren door bepaalde bedrijven gunstiger te behandelen dan andere, en
  • de bevordering van een internationale mededingingscultuur, zodat EU-bedrijven eerlijk kunnen concurreren op markten elders in de wereld.

De handhaving van het mededingingsbeleid komt de EU-burgers ten goede. Conservatieve ramingen van de Commissie wijzen op een besparing voor consumenten in 2020 tussen 14 en 23,3 miljard euro dankzij kartelverboden en interventies bij fusies.

EU-onderzoeken naar concurrentieverstorende praktijken hebben betrekking op goederen, beroepen en diensten. De Commissie houdt toezicht op de hulp die de regeringen van de lidstaten bieden aan bedrijven om ervoor te zorgen dat zij bepaalde bedrijven geen oneerlijk voordeel ten opzichte van hun concurrenten verlenen. Staatssteun kan worden toegestaan als hiermee achterstandsregio’s, kleine en middelgrote bedrijven, onderzoek en ontwikkeling, milieubescherming, opleiding, werkgelegenheid of cultuur worden geholpen of bevorderd.

De nieuwe regels inzake staatssteun die in januari 2022 zijn ingevoerd, sluiten aan bij de belangrijke doelstellingen van de EU in het kader van de Europese Green Deal. Zij zijn bedoeld om de lidstaten te helpen hun ambitieuze EU-energie- en -klimaatdoelstellingen te halen en ondersteunen projecten voor milieubescherming, met inbegrip van klimaatbescherming en groene energieopwekking.

De EU spant zich ook in om ervoor te zorgen dat haar wetgeving gelijke tred houdt met de digitale transformatie. De wet inzake digitale markten bijvoorbeeld zal via een duidelijke lijst met wat mag en niet mag, voorkomen dat onlineplatforms die als poortwachter optreden, oneerlijke voorwaarden kunnen opleggen. Ondertussen zal de wet inzake digitale diensten bindende EU-brede verplichtingen opleggen aan tussenpersonen die digitale diensten aanbieden die consumenten verbinden met goederen, diensten of inhoud, waardoor het voor kleinere platforms gemakkelijker wordt om in de hele eengemaakte markt van de EU op te schalen.

Maart 2022

Belastingen en douane

Hoewel de nationale regeringen onafhankelijk belastingen vaststellen en innen, is de EU verantwoordelijk voor een douane-unie die het vrije verkeer en de veiligheid van goederen op de eengemaakte markt waarborgt.

De overheden van de lidstaten mogen hun eigen belastingwetten grotendeels vrij opstellen volgens hun nationale prioriteiten. Daarbij moeten zij wel bepaalde fundamentele beginselen in acht nemen en ervoor zorgen dat de nationale belastingregels de eengemaakte markt van de EU niet belemmeren.

De douane-unie van de EU maakt het voor bedrijven gemakkelijker om handel te drijven, harmoniseert de douanerechten op goederen van buiten de EU en helpt de EU-burgers en het milieu te beschermen.

Video:

Wat de EU doet

De EU speelt geen directe rol bij het verhogen of vaststellen van belastingtarieven, maar houdt toezicht op de nationale belastingregels om de werkgelegenheid en groei te bevorderen en ervoor te zorgen dat de belastingen van het ene land consumenten, werknemers of bedrijven uit andere lidstaten niet discrimineren.

De regeringen van alle lidstaten moeten het eens worden over besluiten die op het niveau van de EU worden genomen, zodat rekening wordt gehouden met ieders belangen. Voor sommige belastingen — zoals belasting over de toegevoegde waarde of accijnzen op benzine, tabak en alcohol — hebben de lidstaten gemeenschappelijke regels vastgesteld om de grensoverschrijdende handel online en offline te vereenvoudigen en te zorgen voor een gelijk speelveld tussen bedrijven en platforms in en buiten de EU.

In 2021 heeft de Commissie haar visie uiteengezet voor een nieuw, billijker en transparanter belastingsysteem voor ondernemingen in de 21e eeuw. Die omvat maatregelen om de administratieve rompslomp te verminderen, kleine bedrijven te ondersteunen en belastingmisbruik te bestrijden. Met haar voorstel voor een minimumtarief voor de vennootschapsbelasting van ten minste 15 % voor alle multinationale ondernemingen streeft de Commissie ernaar de EU als een van de eerste de historische mondiale belastinghervormingsovereenkomst van 2021 te laten uitvoeren. Dit moet er uiteindelijk voor zorgen dat alle bedrijven billijk worden belast, ongeacht waar zij zakendoen.

Om een gelijk speelveld in de hele eengemaakte markt te waarborgen, moet de EU functioneren als één douane-unie, met dezelfde tarieven, normen en procedures voor de behandeling van uit het buitenland ingevoerde goederen. Er worden geen douanerechten geheven op goederen die van de ene lidstaat naar de andere worden vervoerd.

In de praktijk wordt de douane-unie van de EU beheerd door nationale douanediensten. Zij beschermen consumenten, dieren en het milieu tegen goederen die schadelijk zouden kunnen zijn, en dragen bij tot de strijd tegen de georganiseerde misdaad, terrorisme en smokkel. Zodra de goederen zijn ingeklaard, kunnen ze vrij circuleren of overal in Europa worden verkocht.

Maart 2022

Ruimtevaart

Het ruimtevaartbeleid van de EU helpt actief om klimaatverandering te bestrijden, technologische vooruitgang en innovatie te stimuleren, en het leven van de EU-burgers te verbeteren.

Ruimtevaarttechnologie, -gegevens en -diensten zijn onmisbaar in het dagelijks leven van alle Europeanen, bv. voor het gebruik van mobiele telefoons, navigatiesystemen en geldautomaten. Satellieten leveren ook waardevolle gegevens en diensten voor allerlei toepassingen, gaande van vervoer, landbouw en milieu tot crisisrespons.

Video:

Wat de EU doet

De EU heeft een concurrerende en groeiende ruimtevaartsector ter waarde van naar schatting 62 miljard EUR. De sector biedt werk aan meer dan 230 000 mensen en is verantwoordelijk voor een derde van alle satellieten die zich momenteel in een baan om de aarde bevinden.

Onderstaande systemen leveren dagelijks Europese diensten in de ruimte.

  • Copernicus is het aardobservatiesysteem van de EU. De gegevens die door zijn satellieten worden gegenereerd, worden gebruikt op uiteenlopende gebieden, gaande van het monitoren van de klimaatverandering en de gevolgen daarvan, tot het sturen van nood- en humanitaire diensten. Gegevens die Copernicus verzamelt, zijn al gebruikt om schepen in nood op te sporen en om hulp te bieden bij bosbranden, aardbevingen en overstromingen, en zo levens en bezittingen te helpen redden.
  • Galileo, het eigen wereldwijde satellietnavigatiesysteem van de EU, biedt preciezere en meer betrouwbare positie- en tijdsbepaling voor zelfrijdende en geconnecteerde auto's, de spoorwegen, de luchtvaart en voor andere sectoren. Dankzij Galileo zijn 3,2 miljard smartphones uitgerust met een veilig en onafhankelijk plaatsbepalingssysteem.
  • Egnos, het regionale satellietnavigatiesysteem van de EU, monitort en corrigeert satellietnavigatiesignalen voor gebruikers te land, ter zee en in de lucht in het grootste deel van Europa. 426 luchthavens in de EU maken nu al gebruik van Egnos om landingen onder ongunstige weersomstandigheden veiliger te maken en vertragingen en omboekingen te voorkomen.

Het EU-ruimtevaartprogramma 2021-2027, met een begroting van 14,9 miljard EUR, bouwt voort op hun succes en is gericht op een betere coördinatie met de andere EU-beleidsterreinen. Het heeft tot doel de wetenschappelijke en technische vooruitgang te bevorderen en het concurrentievermogen en de innovatiecapaciteit van de Europese ruimtevaartindustrie, en met name van kleine en middelgrote ondernemingen, start-ups en innovatieve ondernemingen, te ondersteunen. De Commissie heeft ook twee nieuwe vlaggenschipinitiatieven voorgesteld om veilige connectiviteit via satellieten en ruimteverkeersbeheer te bevorderen.

Via afzonderlijke EU-landen en het Europees Ruimteagentschap heeft de EU technologie van wereldklasse ontwikkeld op het gebied van ruimteverkenning. Dat heeft geleid tot de ontwikkeling van nieuwe raketten, satellieten en robotverkenners voor de maan en Mars. Hoewel de verkenning van de ruimte strategisch en politiek belangrijk is, helpt de EU wetenschappers ook om de geheimen van het universum te ontsluieren. Zo onthulden door de EU gefinancierde onderzoekers in 2019 de allereerste foto van een zwart gat.

Maart 2022

Internationale zaken en veiligheid

Het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid zorgt ervoor dat de EU met één stem spreekt en handelt op het wereldtoneel, waardoor de lidstaten niet alle problemen alleen moeten oplossen en ze de EU-burgers veiligheid en welvaart kunnen bieden.

Het beleid wordt uitgevoerd door de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en ondersteund door de Europese Dienst voor extern optreden, de diplomatieke dienst van de EU. Het externe optreden van de EU berust op de beginselen die de grondslag waren van haar eigen oprichting en ontwikkeling, en die ze in de rest van de wereld wil bevorderen: vrede, democratie, de rechtsstaat, mensenrechten en fundamentele vrijheden.

Video:

Wat de EU doet

In een tijd van toenemende en complexe veiligheidsdreigingen zal het strategisch kompas voor veiligheid en defensie de EU de komende tien jaar beter in staat stellen op crises en dreigingen te reageren. De nadruk van het strategisch kompas ligt op:

  • sneller en daadkrachtiger optreden bij een crisis;
  • het beschermen van burgers tegen snel veranderende dreigingen;
  • investeren in de capaciteit en technologie die de EU nodig heeft;
  • partnerschappen met anderen om gemeenschappelijke doelstellingen te bereiken.

De EU steunt landen die met conflicten en crises worden geconfronteerd. Met de Europese Vredesfaciliteit neemt de EU een grotere rol op zich om te zorgen voor meer veiligheid in de wereld. Zo financiert de faciliteit de gemeenschappelijke kosten van militaire missies en operaties in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid, en vredesondersteunende operaties in samenwerking met partners zoals de Afrikaanse Unie. Via de faciliteit versterkt de EU ook de defensiecapaciteit van partnerlanden en regionale en internationale organisaties, en steunt zij Oekraïne in zijn reactie op de militaire agressie van Rusland.

Sinds de Russische invasie van Oekraïne in februari 2022 heeft de EU ook stappen ondernomen om de voedselzekerheid wereldwijd te herstellen door middel van internationale samenwerking.

De EU en haar lidstaten zijn de grootste donoren gebleven in de internationale respons op de crisis in Syrië. Ze hebben de bevolking in Syrië en de regio sinds 2011 ondersteund met investeringen ter waarde van in totaal meer dan 27 miljard EUR.

De Global Gateway is een nieuwe investeringsstrategie van de EU om slimme, schone en veilige energie-, vervoers- en digitale infrastructuur te stimuleren en de gezondheids-, onderwijs- en onderzoekssystemen in de hele wereld te versterken. De EU, haar lidstaten en haar financiële instellingen, die samen als Team Europa optreden, streven ernaar tussen 2021 en 2027 tot 300 miljard euro aan publieke en private investeringen te mobiliseren. Met de Global Gateway draagt de EU bij aan het mondiale partnerschap voor infrastructuur en investeringen van de G7.

Maart 2022

Internationale partnerschappen

Partnerschappen en ontwikkelingssamenwerking spelen een hoofdrol in het buitenlands beleid van de EU. De EU en haar lidstaten zijn ’s werelds grootste verstrekker van ontwikkelingshulp.

Ontwikkelingshulp is, naast het buitenlands, veiligheids- en handelsbeleid, een van de pijlers van het wereldwijde optreden van de EU. De EU zet zich in voor armoedebestrijding, menselijke ontwikkeling, duurzame groei en goed bestuur. Via partnerschappen pakt zij wereldwijde problemen aan, zoals klimaatverandering, uitputting van natuurlijke hulpbronnen en clandestiene migratie. De EU is voorstander van een doeltreffende multilaterale aanpak: zij werkt samen met alle betrokken partijen, want de huidige problemen zijn alleen samen op te lossen met behulp van een op regels gebaseerde internationale samenwerking.

Video:

Wat de EU doet

De EU beschouwt internationale partnerschappen als investeringen in een levensvatbare, duurzame en gezamenlijke toekomst. De EU is een fervent pleitbezorger van de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling van de VN en het Klimaatakkoord van Parijs. De Europese consensus over ontwikkeling maakt duidelijk hoe de EU bij de realisatie van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling focust op mens, planeet, welvaart, vrede en partnerschap. De EU organiseert haar externe optreden rond:

Het partnerschap Afrika-EU blijft een topprioriteit voor de EU.

In 2020 heeft de EU snel op de coronacrisis gereageerd. Dankzij de Team Europa-aanpak, waarbij de EU, de EU-lidstaten en de financiële instellingen van de EU hun middelen, expertise en instrumenten samen inzetten, zijn deze EU-partners erin geslaagd de crisis te verzachten. De EU trekt bovendien het initiatief om iedereen toegang te geven tot veilige en doeltreffende vaccins. Deze Team Europa-aanpak wordt nu ook gevolgd bij de EU-begroting voor het extern optreden: het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking – Global Europe.

De EU besteedt ongeveer 10 % van haar budget aan het buitenlands beleid. De EU-delegaties werken samen met regeringen, internationale organisaties, EU-lidstaten en de particuliere sector om de impact van de Europese steun te vergroten. De EU en haar lidstaten hebben in 2020 samen 66,8 miljard euro aan hulp verstrekt.

Eerbiediging van de mensenrechten, democratie en de rechtsstaat zijn waarden die het uitgangspunt vormen voor het optreden van de EU in de hele wereld. Het EU-actieplan voor mensenrechten en democratie is erop gericht mensen te beschermen en mondiger te maken, veerkrachtige, inclusieve en democratische samenlevingen op te bouwen, en de mensenrechten wereldwijd te promoten. Dankzij het genderactieplan staan gendergelijkheid en empowerment van vrouwen voorop bij activiteiten van de EU.

Maart 2022

EU-nabuurschap en uitbreiding

De EU stimuleert een stabiele democratie en economie in haar buurlanden door partnerschappen op maat aan te gaan, op basis van gedeelde belangen en samenwerking op bilateraal of regionaal niveau.

Video:

Wat de EU doet

Het Europese Nabuurschapsbeleid regelt de betrekkingen van de EU met 16 van haar naaste buurlanden. In het zuiden zijn dat: Algerije, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, Palestina*, Syrië en Tunesië. In het oosten zijn dat: Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Georgië, Moldavië en Oekraïne.

De samenwerking heeft voornamelijk tot doel:

  • de buurlanden te stabiliseren door economische ontwikkeling, werkgelegenheid en kansen voor jongeren, vervoers- en energieconnectiviteit, veiligheid en migratie aan te pakken
  • goed bestuur, democratie, de rechtsstaat en mensenrechten te bevorderen
  • samenwerking op regionaal niveau te vergemakkelijken, bijvoorbeeld via het Oostelijk Partnerschap en de Unie voor het Middellandse Zeegebied.

Daarnaast werkt de EU in het zuiden samen met haar partners om crises op te lossen, zoals in Syrië en Libië, en om migratiestromen te reguleren.

Het Uitbreidingsbeleid van de EU heeft betrekking op Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kosovo**, Montenegro, Noord-Macedonië, Servië en Turkije. Het vooruitzicht van het EU-lidmaatschap is een krachtige stimulans voor deze landen om democratische en economische hervormingen door te voeren. Het helpt om verzoening en stabiliteit tot stand te brengen. Een Europees land kan alleen EU-lidstaat worden als het voldoet aan democratische normen (waaronder de rechtsstaat, mensenrechten en het respect voor en de bescherming van minderheden), een werkende markteconomie heeft en het vermogen om met mededinging en marktwerking in de EU om te gaan, en de verantwoordelijkheden van het EU-lidmaatschap aankan.

Turkije is op veel essentiële gebieden de partner van de EU. De afgelopen jaren is het echter verder verwijderd geraakt van de kernwaarden en -beginselen van de EU. Daarom zijn de toetredingsonderhandelingen met Turkije bevroren. De EU heeft een strategisch belang bij een stabiele en veilige omgeving in het oostelijke Middellandse Zeegebied en bij de ontwikkeling van een wederzijds voordelig samenwerkingsverband met Turkije.

In 2020 heeft de EU voor een bedrag van 7,47 miljard euro hulp aan Nabuurschaps- en Uitbreidingsregio’s gegeven om de gevolgen van de coronapandemie te verzachten. De EU heeft noodmaatregelen genomen, steun gegeven voor onderzoek, gezondheids- en watersystemen en geholpen de economische en sociale gevolgen van de pandemie aan te pakken.

  • Deze benaming mag niet worden uitgelegd als een erkenning van de staat Palestina en laat de afzonderlijke standpunten van de lidstaten ter zake onverlet.
  • Deze benaming laat de standpunten over de status onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.

Maart 2022

Handel

De EU is een voorvechter van vrije handel. 35 miljoen banen in de EU zijn direct of indirect afhankelijk van handel met landen buiten de EU. De EU zet zich in voor open markten op basis van regels, een gelijk speelveld en strenge internationale normen.

De EU is ’s werelds grootste handelsmacht en een van de meest open economieën. Eén derde van het bruto binnenlands product van de EU is afhankelijk van handel. Naar verwachting zal 85 % van de wereldwijde groei in de toekomst buiten Europa worden gegeneerd. De EU sluit namens haar lidstaten internationale handelsovereenkomsten.

Video:

Wat de EU doet

Het EU-handelsbeleid heeft betrekking op de handel in goederen en diensten, maar ook op zaken zoals intellectuele eigendom en buitenlandse directe investeringen.

In februari 2021 presenteerde de Commissie een nieuwe EU-handelsstrategie met drie hoofddoelstellingen:

  • het herstel en de transformatie van de economie van de EU ondersteunen op een wijze die past bij haar groene en digitale ambities;
  • de mondiale regels eerlijker en duurzamer maken;
  • de EU beter in staat stellen haar belangen te verdedigen en haar rechten af te dwingen.

Centraal in deze strategie staat een hervorming om de Wereldhandelsorganisatie beter af te stemmen op de uitdagingen van de moderne handel.

Handelsbeleid kan een belangrijke rol spelen in de strijd tegen klimaatverandering en aantasting van het milieu. Daarom zal de EU beter gaan toezien op de nakoming en handhaving van afspraken over duurzame ontwikkeling in haar handelsovereenkomsten. De naleving van de Klimaatovereenkomst van Parijs wordt een essentieel aspect van haar toekomstige handels- en investeringsovereenkomsten.

De EU staat voor open en eerlijke handel en verzet zich tegen protectionisme. Zij zoekt daarom naar een evenwicht tussen onbelemmerde handel en de bescherming van mensen en bedrijven tegen oneerlijke handelspraktijken. De onlangs benoemde Chief Trade Enforcement Officer moet erop toezien dat met name kleine en middelgrote bedrijven en boeren optimaal profiteren van handelsovereenkomsten en dat de handelspartners van de EU zich houden aan hun verplichtingen, onder meer wat betreft duurzame ontwikkeling.

De EU heeft 46 handelsovereenkomsten met 78 partners over de hele wereld. In 2020 heeft de EU een nieuwe handelsovereenkomst gesloten met Mexico en is die met Vietnam in werking getreden. Alleen al in de eerste tien maanden was de EU-uitvoer naar Japan dankzij de overeenkomst met dit land met bijna 7 % gegroeid.

Na het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU op 31 januari 2020 hebben de EU en het Verenigd Koninkrijk op 30 december 2020 de handels- en samenwerkingsovereenkomst EU-VK ondertekend.

Maart 2022

Humanitaire hulp en civiele bescherming

De EU en de EU-landen zijn de grootste donateurs van ontwikkelingshulp ter wereld. Zij bieden levensreddende hulp aan miljoenen mensen wereldwijd en coördineren noodhulp in Europa en wereldwijd.

De EU reageert op crisissituaties en zorgt op twee manieren voor snelle en doeltreffende hulpverlening: humanitaire hulp en civiele bescherming. De EU wil:

  • levens redden, lijden voorkomen en verlichten, en de integriteit en waardigheid beschermen van bevolkingsgroepen die worden getroffen door natuurrampen en door de mens veroorzaakte crises;
  • snel reageren op noodsituaties binnen en buiten de EU;
  • het risico op rampen verminderen, bijvoorbeeld door maatregelen te nemen om de gevolgen van de klimaatverandering te verzachten;
  • de voorbereiding op rampen verbeteren, bijvoorbeeld met systemen voor snelle waarschuwing;
  • wanneer een noodsituatie eindigt, zorgen voor een vlotte overgang naar ontwikkelingshulp;
  • de algemene veerkracht van bevolkingsgroepen versterken, bijvoorbeeld door te investeren in maatregelen die hen helpen zich voor te bereiden op toekomstige rampen;
  • kinderen die door rampen worden getroffen een goede toekomst bieden.
Video:

Wat de EU doet

In samenwerking met diverse partners steunt de EU al ruim 30 jaar humanitaire operaties in 110 landen. De EU heeft in 2021 meer dan 2,4 miljard euro aan humanitaire hulp verstrekt. Zij is een belangrijke donor van humanitaire hulp in veel crises, bijvoorbeeld door te zorgen voor:

De EU stuurt ook noodteams en hulp naar getroffen regio’s binnen de EU en over de hele wereld via haar mechanisme voor civiele bescherming, bijvoorbeeld door:

  • in te spelen op de COVID-19-pandemie in Europa en de wereld, zoals het leveren van COVID-19-gerelateerde goederen via rescEU en het repatriëren van EU-burgers die vast zaten in het buitenland;
  • deskundigen en uitrusting te sturen naar landen die getroffen waren door aardbevingen (Haïti), vulkaanuitbarstingen (Tonga), bosbranden (Westelijke Balkanlanden en landen rond de Middellandse Zee) en een ebola-uitbraak (Guinee) in 2021;
  • miljoenen stuks hulpgoederen (zoals eerstehulpkits, tenten en bedden) naar Oekraïne en zijn buurlanden te sturen, in de grootste operatie sinds de oprichting van het mechanisme.

Maart 2022

Grondrechten

De EU waarborgt een reeks grondrechten. Eerbiediging van de grondrechten is een gemeenschappelijke waarde van de EU en de EU-landen en vormt een leidraad voor de EU-werkzaamheden, zowel op haar grondgebied als daarbuiten.

De EU is niet louter een eengemaakte markt voor goederen en diensten. Europeanen delen de waarden en rechten die zijn vastgelegd in de EU-Verdragen en in het Handvest van de grondrechten van de EU.

Wat de EU doet

Het Handvest van de grondrechten verenigt alle persoonlijke, burgerlijke, politieke, economische en sociale rechten die mensen in de EU hebben. Deze rechten worden gewaarborgd in de EU-landen en overal waar het EU-recht wordt toegepast. Het gaat onder meer om menselijke waardigheid, vrijheid van meningsuiting en vereniging, het recht om niet gediscrimineerd te worden, het recht op asiel en het recht op een eerlijk proces.

Daarnaast zijn in het Handvest specifieke rechten vastgelegd die verband houden met het EU-burgerschap op grond van de EU-verdragen. Zo hebben EU-burgers:

De bescherming van de grondrechten is ook vastgelegd in specifieke EU-regelgeving, zoals de algemene verordening gegevensbescherming (AVG), wetgeving tegen discriminatie op grond van geslacht, ras, etnische afkomst, godsdienst, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid, en wetgeving om klokkenluiders en slachtoffers van misdrijven te beschermen.

De EU beschermt de grondrechten ook door middel van specifieke beleidsmaatregelen en nauwe samenwerking met de EU-landen en het maatschappelijk middenveld, bijvoorbeeld op het gebied van haatmisdrijven en haatzaaiende uitlatingen, gendergelijkheid en non-discriminatie, civiel recht en strafrecht, de digitalisering van justitie, gegevensbescherming, de handhaving van de rechtsstaat, kinderrechten en consumentenrechten.

De wetgeving en het beleid van de EU op het gebied van de grondrechten worden ondersteund door het programma “Burgers, gelijkheid, rechten en waarden”.

De EU zet zich in om een Unie van gelijkheid tot stand te brengen door stereotypen aan te pakken en voorwaarden te scheppen die ervoor zorgen dat iedereen ten volle en vrij kan deelnemen aan de Europese samenleving.

De EU bevordert en verdedigt ook universele waarden wereldwijd. In 2021 heeft de EU een programma voor mensenrechten en democratie wereldwijd gelanceerd, ter waarde van 1,5 miljard euro voor de periode 2021-2027. De EU heeft ook een wereldwijde sanctieregeling voor de mensenrechten ingevoerd, waardoor zij beter kan optreden tegen al wie verantwoordelijk is voor ernstige schendingen, waar ook ter wereld.

Maart 2022

Justitie en de rechtsstaat

De EU zet zich in om de uniforme toepassing van het EU-recht te waarborgen, grensoverschrijdende juridische problemen van haar burgers op te lossen en de rechtsstaat te bevorderen en te handhaven.

De EU streeft ernaar een ruimte van rechtvaardigheid tot stand te brengen waarin burgers en bedrijven juridische kwesties in andere EU-lidstaten op dezelfde wijze kunnen oplossen als in hun eigen land. Een grenzeloze en naadloze gemeenschappelijke rechtsruimte zorgt ervoor dat burgers zich op een reeks rechten kunnen verlaten en in de hele Europese Unie toegang hebben tot de rechter.

Wat de EU doet

EU-burgers kunnen overal in de EU wonen, studeren, werken en zakendoen. Dit kan betekenen dat zij zich tot de gerechtelijke autoriteiten van een andere lidstaat moeten wenden.

De EU wil het wederzijdse vertrouwen tussen de hoven en overheden van haar lidstaten versterken, zodat ze elkaars rechterlijke besluiten erkennen. Die erkenning is vooral belangrijk in burgerlijke zaken zoals scheiding, voogdij of alimentatie.

Eurojust, het EU-agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken, faciliteert de samenwerking tussen nationale justitiële autoriteiten om zware criminaliteit, zoals corruptie, terrorisme en drugshandel te helpen bestrijden. Zo is het Europees aanhoudingsbevel in de plaats gekomen van langdurige uitleveringsprocedures om verdachte of veroordeelde criminelen terug te sturen naar het land waar zij zullen worden of al zijn berecht. Voorts heeft de EU-strategie inzake de rechten van slachtoffers tot doel ervoor te zorgen dat alle slachtoffers van misdrijven in de EU de steun en bescherming krijgen die zij nodig hebben.

Het Hof van Justitie van de Europese Unie zorgt ervoor dat het EU-recht in alle lidstaten op dezelfde wijze wordt toegepast. De EU werkt aan de modernisering van de rechtsstelsels in de EU om gelijke tred te houden met de digitale transformatie en te zorgen voor een gemakkelijkere en snellere toegang tot de rechter. De vooruitgang kan worden gevolgd via het EU-scorebord voor justitie, dat gegevens verschaft over de efficiëntie, kwaliteit en onafhankelijkheid van de rechtsstelsels in alle lidstaten, terwijl het e-justitieportaal één loket biedt voor alle justitiële aangelegenheden.

De rechtsstaat, een van de fundamentele waarden van de EU, betekent dat onafhankelijke en efficiënte rechtsstelsels aan iedereen in de EU voldoende juridische bescherming moeten bieden. De rechtsstaat is noodzakelijk om alle andere waarden te beschermen en is essentieel voor het functioneren van de EU. Hij garandeert de toepassing van het EU-recht en de efficiëntie van de interne markt, en hij bevordert wederzijds vertrouwen, waardoor een bedrijfsvriendelijk klimaat wordt gecreëerd.

De EU werkt samen met haar lidstaten om de rechtsstaat te handhaven en te versterken via het rechtsstaatmechanisme en via technische ondersteuning en financiering van hervormingen bij justitie.

Maart 2022

Gendergelijkheid

De gelijkheid van vrouwen en mannen is een fundamentele waarde van de EU, die teruggaat tot het Verdrag van Rome van 1957. De EU blijft zich inzetten om discriminatie op grond van geslacht aan te pakken en van gendergelijkheid een realiteit te maken.

Hoewel vrouwen in Europa gelijk, empowerd en veilig zouden moeten zijn, blijven zij oververtegenwoordigd in de laagbetaalde sectoren, zijn zij ondervertegenwoordigd in besluitvormingsposities in de politiek en het bedrijfsleven en verdienen zij gemiddeld 13 % minder dan mannen in de EU. Daarnaast komen gendergerelateerd geweld en gendergerelateerde intimidatie ook nog steeds vaak voor.

Video:

Wat de EU doet

De werkzaamheden van de EU op het gebied van gendergelijkheid zijn gebaseerd op de strategie voor gendergelijkheid 2020-2025. Die is bedoeld om een einde te maken aan gendergerelateerd geweld, om genderstereotypen te bestrijden, de kloof tussen mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt te dichten en gendergelijkheid in de besluitvorming en in de politiek te bevorderen. De strategie bouwt voort op decennia van EU-initiatieven op het gebied van gendergelijkheid.

Om het in het Verdrag van Rome verankerde beginsel van gelijke beloning voor gelijk werk te realiseren, heeft de Commissie maatregelen inzake beloningstransparantie voorgesteld, waaronder rapportageverplichtingen voor grote ondernemingen over het beloningsverschil tussen mannen en vrouwen. Werknemers krijgen recht op compensatie voor beloningsdiscriminatie.

Geweld tegen vrouwen is een van de hardnekkigste vormen van discriminatie op grond van gender in Europa. De Commissie heeft nieuwe EU-brede regels voorgesteld ter bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, die tot doel hebben daders te bestraffen en vrouwen beter te beschermen, ook online. Alle lidstaten en de EU hebben het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (het Verdrag van Istanbul) ondertekend.

De EU zet zich ook in om vrouwen te helpen het glazen plafond in het bedrijfsleven en de politiek te doorbreken en de deelname van vrouwen aan de digitale sector te stimuleren. De Commissie streeft met name naar een beter genderevenwicht in de raden van bestuur van de grootste beursgenoteerde ondernemingen in de EU.

Het gaat in het leven echter niet alleen om werk en geld. De richtlijn betreffende het evenwicht tussen werk en privéleven, die in juli 2019 in werking is getreden en uiterlijk in augustus 2022 door de lidstaten omgezet moest worden, heeft nieuwe rechten ingevoerd om te helpen bij het verwezenlijken van een evenwichtige verdeling van zorgtaken tussen vrouwen en mannen. Dit omvat vaderschaps-, ouderschaps- en zorgverlof, samen met flexibele werkregelingen voor ouders en mantelzorgers.

De EU wil door middel van haar Genderactieplan III de levens van vrouwen en meisjes wereldwijd verbeteren. Dit bevordert gendergelijkheidskwesties in haar externe optreden, onder meer op gebieden als ontwikkelingssamenwerking en handelsbesprekingen. Ook heeft de EU het voortouw genomen in de onderhandelingen over opname van gendergelijkheidsdoelstellingen in de VN-agenda voor duurzame ontwikkeling 2030.

Maart 2022

Racisme en gelijkheid

De EU wil ervoor zorgen dat alle inwoners van hun grondrechten, fundamentele vrijheden en gelijke deelname aan de samenleving kunnen genieten, ongeacht hun herkomst.

Hoewel discriminatie op grond van ras of etnische afkomst in de EU verboden is, blijven racisme en rassendiscriminatie bestaan. De EU werkt op alle fronten aan de bestrijding van racisme en onverdraagzaamheid.

Wat de EU doet

De EU voert haar inspanningen tegen racisme en discriminatie op door middel van het EU-actieplan tegen racisme 2020-2025 en de benoeming van de allereerste coördinator voor racismebestrijding.

De EU verwerpt en veroordeelt alle vormen van racisme en onverdraagzaamheid. Zij wil:

  • racisme en rassendiscriminatie aanpakken, onder meer via wetgeving, en ervoor zorgen dat de EU-wetgeving die haatzaaiende uitlatingen en haatmisdrijven verbiedt, overal wordt toegepast, ook online;
  • de strijd tegen structureel racisme opvoeren;
  • de stem van mensen die tot een raciale of etnische minderheid behoren, laten horen en actoren op alle niveaus samenbrengen om iedereen een leven te bieden dat vrij is van racisme en discriminatie;
  • financiering verstrekken voor de opbouw van een inclusieve, verdraagzame en pluralistische samenleving;
  • de diversiteit van het personeel van de Commissie bevorderen en zorgen voor een niet-discriminerende en inclusieve werkplek voor iedereen, ongeacht ras, etnische afkomst of huidskleur.

Ongelijke behandeling op grond van ras of etnische afkomst, onder meer met betrekking tot werk, is verboden op grond van de richtlijn rassengelijkheid, de richtlijn gelijke behandeling in arbeid en beroep, en het Handvest van de grondrechten van de EU.

Ook specifieke vormen van racisme worden bestreden. Zo is er een EU-strategie om antisemitisme te voorkomen, het Joodse leven te bevorderen en de herdenking van en voorlichting over de Holocaust te bevorderen. Er is ook een strategie voor de gelijke behandeling van de Roma.

De richtlijn slachtofferrechten beschermt slachtoffers van haatmisdrijven. De EU-strategie inzake de rechten van slachtoffers (2020-2025) moet alle slachtoffers van misdrijven bescherming bieden, ongeacht waar in de EU het misdrijf is begaan.

De EU zet zich ook in om de onlineverspreiding van haat te voorkomen en tegen te gaan, zonder de vrijheid van meningsuiting in het gedrang te brengen. Door de gedragscode voor de bestrijding van illegale haatzaaiende uitlatingen van 2016 kunnen gebruikers van websites en sociale media dergelijke uitlatingen melden en kunnen platforms illegale of schadelijke inhoud snel evalueren en verwijderen.

Maart 2022

Gelijke rechten voor lhbtiq’ers

De EU waarborgt een reeks grondrechten voor haar burgers en beschermt hen tegen discriminatie. Dat geldt ook voor leden van de lhbtiq-gemeenschap.

Bij een bevraging in 2019 was 76 % van de ondervraagde Europeanen van mening dat holebi’s (homoseksuelen, lesbiennes en biseksuelen) dezelfde rechten moeten hebben als heteroseksuelen. Maar toch krijgen holebi’s, transseksuelen, interseksuelen en niet-binaire of queer mensen (lhbtiq) te maken met discriminatie op vele gebieden, haatdragende uitspraken en geweld.

Wat de EU doet

In 2020 kwam de Commissie voor het eerst met een strategie voor gelijke rechten voor lhbtiq’ers, waarmee zij opkwam voor discriminatiebestrijding, veiligheid, inclusiviteit en gelijkheid.

Deze strategie is gebaseerd op meer dan 20 jaar actie op EU-niveau. Sinds 1999 heeft de EU de bevoegdheid om maatregelen te nemen in gevallen waar sprake is van discriminatie op basis van seksuele geaardheid. De EU heeft onder meer de volgende maatregelen genomen:

In vele landen overal ter wereld worden homoseksuele relaties nog altijd gecriminaliseerd en is er weinig bescherming voor lhbtiq’ers. De EU spoort andere landen aan om ervoor te zorgen dat seksuele geaardheid, genderidentiteit of seksekenmerken geen rechtvaardiging kunnen vormen voor geweld of strafrechtelijke sancties.

De EU is wereldwijd ook een belangrijke donor van projecten die gericht zijn op het bestrijden van discriminatie. Die financiering vindt grotendeels plaats via het Europees instrument voor democratie en mensenrechten. Sinds 2016 heeft de EU projecten ondersteund in Azië, Afrika, Latijns-Amerika en Oost-Europa. Daarnaast heeft de EU in 2018 een fonds opgezet ter ondersteuning van activisten en organisaties in regio's waar er een groter risico op discriminatie is.

Maart 2022

Handicap

De EU bevordert de actieve inclusie en de volledige deelname aan de samenleving en de economie door personen met een handicap op voet van gelijkheid, en beschermt hen tegen discriminatie en geweld.

Ongeveer 87 miljoen mensen in de EU hebben een handicap in een of andere vorm. Zij hebben dezelfde rechten en fundamentele vrijheden als alle anderen, waaronder het recht op gelijkheid en non-discriminatie en het recht vrij te zijn van uitbuiting, geweld en misbruik. De EU werkt aan een Europa zonder belemmeringen waarin mensen met een handicap hun rechten zelfstandig en ten volle kunnen uitoefenen.

Wat de EU doet

De EU en haar lidstaten zijn partij bij het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap. Bovendien verbinden het EU-Handvest van de grondrechten en de EU-Verdragen de EU ertoe beleid te bevorderen dat gericht is op de rechten en behoeften van personen met een handicap.

De in het VN-verdrag verankerde strategie voor de rechten van personen met een handicap 2021-2030 bouwt voort op haar voorganger en op de Europese pijler van sociale rechten, en bevat concrete initiatieven zodat personen met een handicap:

  • hetzelfde recht op vrij verkeer genieten als iedereen — de EU-parkeerkaart en de EU-gehandicaptenkaart, die al in acht lidstaten zijn getest, vereenvoudigen de wederzijdse erkenning van de status en de rechten van gehandicapten tussen de EU-landen;
  • beter kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt door middel van specifieke maatregelen om hun arbeidskansen te verbeteren;
  • zelfstandig kunnen leven, waar en met wie ze maar willen — het kenniscentrum AccessibleEU zal bijdragen tot een betere toegang tot vervoer, gebouwen, informatie, audiovisuele media, communicatie en technologie;
  • kunnen deelnemen aan de samenleving en de economie en beschermd worden tegen discriminatie en geweld — de strategie moet ook zorgen voor gelijke kansen en gelijke toegang wanneer het gaat om justitie, onderwijs, cultuur, sport en toerisme.

De afgelopen jaren hebben initiatieven en wetgeving van de EU bijgedragen tot een beter leven voor personen met een handicap in Europa. De Europese toegankelijkheidswet bevat bindende eisen voor de toegankelijkheid van bepaalde belangrijke producten en diensten. Er bestaan ook specifieke regels ter bescherming tegen discriminatie en voor gelijke behandeling in arbeid en beroep.

De EU zet zich ook in voor bewustmaking van de uitdagingen waarmee mensen met een handicap dagelijks worden geconfronteerd, en van de instrumenten die zij nodig hebben voor een beter leven. De Europese Dag van personen met een handicap, die elk jaar begin december wordt gevierd, helpt om gehandicaptenkwesties onder de aandacht van het grote publiek te brengen. Elk jaar gaat de Access City Award naar een stad die zich buitengewoon heeft ingespannen om toegankelijker te worden.

Maart 2022

50+’ers

De EU probeert mensen te helpen om zo lang mogelijk gezond, actief en onafhankelijk te leven. Zij vult de inspanningen van lidstaten aan op gebieden zoals werkgelegenheid, gezondheid en onderwijs, en coördineert het gezamenlijk optreden bij epidemieën.

Uit de demografische ontwikkeling blijkt dat het aandeel ouderen in de EU de komende decennia aanzienlijk zal stijgen. Met haar groenboek over vergrijzing heeft de Commissie een debat ingeluid over de uitdagingen en kansen van de vergrijzing van de Europese samenleving. De EU-lidstaten pakken de gevolgen van de vergrijzing aan door de onderwijs- en vaardigheidssystemen te verbeteren, een langer en vervullender arbeidsleven te bevorderen en hervormingen van de sociale bescherming, onder meer van pensioenstelsels en langetermijnzorg, door te voeren.

Wat de EU doet

De EU heeft leeftijdsdiscriminatie door werkgevers verboden. Het Europees netwerk van organen voor de bevordering van gelijke behandeling zorgt ervoor dat EU-regels inzake gelijkheid en non-discriminatie overal in de EU op uniforme wijze worden toegepast.

EU-initiatieven zoals de Europese vaardighedenagenda, het pact voor vaardigheden en het actieplan voor digitaal onderwijs helpen mensen zich voor te bereiden op de veranderende arbeidsomgeving. Projecten die door het Europees Sociaal Fonds Plus worden gefinancierd, helpen ieder jaar miljoenen Europeanen nieuwe vaardigheden te verwerven en een betere baan te vinden.

Of u nu de volgende stap op uw carrièreladder wilt zetten of persoonlijk wilt groeien, het is nooit te laat om te leren. Een brede waaier van mogelijkheden voor 50+’ers, van cursussen en opleidingen op de werkplek tot door de EU gefinancierde projecten, is beschikbaar via Erasmus+.

EURES, het Europees netwerk voor professionele mobiliteit, helpt wie een baan zoekt in een andere lidstaat, terwijl EU-regels zorgen voor een betere coördinatie van de nationale socialezekerheidsstelsels, waardoor de rechten van mensen die binnen Europa verhuizen of met pensioen gaan, worden beschermd.

Een nieuw vrijwillig pensioenstelsel, het pan-Europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP), biedt meer keuze en stelt mensen in staat om te sparen met hetzelfde product, ook al verhuizen ze naar een ander EU-land. Om de drie jaar publiceert de Commissie een verslag waarin zij nagaat of ouderdomspensioenen in de lidstaten nu en in de toekomst voldoende hoog zijn. Met de strategie 2021–2030 voor de rechten van personen met een handicap wil de EU lacunes in de sociale bescherming, waaronder pensioenstelsels, voor personen met een handicap aanpakken.

De EU is actief op vele gebieden, zoals de bevordering van een gezonde levensstijl, een doeltreffendere en duurzamere gezondheidszorg, ziektepreventie en de strijd tegen kanker.

De EU verleent financiële steun aan niet-gouvernementele organisaties die opkomen voor het recht op een eerlijke behandeling en strijden tegen leeftijdsdiscriminatie, zoals AGE Platform Europe.

Maart 2022

Digitale economie en samenleving

De EU is vastbesloten: de jaren 2020 moeten het digitale decennium van Europa worden. Zij probeert ervoor te zorgen dat digitale technologie voor iedereen werkt en tegelijkertijd bijdraagt aan het bereiken van klimaatneutraliteit tegen 2050 en Europa een toonaangevende positie in de digitale economie geeft.

Digitale technologie is in ons leven nog nooit zo belangrijk geweest. Tijdens de coronacrisis heeft zij mensen met elkaar verbonden gehouden, hield zij bedrijven aan het werk en bleek zij onmisbaar voor onderwijs en opleiding. Zij is ook van cruciaal belang voor de bestrijding van de klimaatverandering, onder meer door slimme energie- en vervoerssystemen.

Video:

Wat de EU doet

De basis voor de digitale transformatie is reeds gelegd. De EU heeft al gezorgd voor:

Volgens de voorgestelde digitale strategie blijft de EU werken aan digitale oplossingen die ten goede komen aan mensen, bedrijven en de planeet. Hierbij wordt de nadruk gelegd op de volgende drie doelstellingen: technologie die werkt voor de mensen, een eerlijke en concurrerende economie en een open, democratische en duurzame samenleving.

Om de grondrechten van burgers online te beschermen, onlineschade te voorkomen en innovatie te bevorderen heeft de Commissie een uitgebreide reeks regels voorgesteld voor onlineplatforms die in de EU actief zijn. Bovendien bestrijkt de strategie allerlei thema's, van cyberveiligheid en data tot digitaal onderwijs en democratie. Het voorgestelde digitaal kompas zet de EU-doelstellingen voor 2030 om in concrete cijfers. Het is van essentieel belang om daarbij de waarden van de EU hoog te houden en de grondrechten en de veiligheid van mensen te waarborgen.

Het programma Digitaal Europa met een budget van ruim 7,5 miljard euro voor de periode van 2021 tot 2027 moet investeringen stimuleren op gebieden zoals supercomputing, kunstmatige intelligentie en digitale vaardigheden. Het moet ook zorgen voor een breed gebruik van digitale technologie in de hele economie en samenleving, onder meer via hubs voor digitale innovatie.

Ook andere programma's zullen de digitale transitie ondersteunen, waaronder Horizon Europa, dat vooral gericht is op onderzoek en technologische ontwikkeling, en de digitale aspecten van de Connecting Europe Facility. Bovendien moeten de lidstaten in het kader van het herstelfonds NextGenerationEU 20 % van hun financiële steun uit de faciliteit voor herstel en veerkracht toewijzen aan de digitale transformatie.

Maart 2022

Een veiliger internet

De EU-regels voor gegevensbescherming en privacy zijn de strengste ter wereld. Ze helpen de online-omgeving tot een veilige en eerlijke plek te maken voor burgers en bedrijven. En ze beschermen iedereen, maar vooral kinderen, tegen illegale en schadelijke inhoud.

De snelle groei van onlinediensten in de afgelopen jaren heeft ons in Europa heel wat voordelen, maar ook nieuwe risico’s opgeleverd. Daarom zorgt de EU ervoor dat haar wetgeving gelijke tred houdt met de digitale transformatie en dat wat offline illegaal is, dat ook online is.

Video:

Wat de EU doet

Bescherming van persoonsgegevens en privacy zijn fundamentele rechten in de EU. Al tientallen jaren hanteert de EU strenge normen voor de bescherming van gegevens en de persoonlijke levenssfeer. De wet geeft ons bepaalde rechten ten aanzien van de bescherming van gegevens en de vertrouwelijkheid van communicatie. Organisaties die onze gegevens verwerken, zijn verplicht die rechten te respecteren. Als reactie op de realiteit van het internettijdperk is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ingevoerd, die iedereen afdwingbare rechten verleent, waaronder het recht om te worden vergeten.

Tegelijkertijd neemt de EU het voortouw om van de digitale wereld een veilige plek te maken. De cyberbeveiligingsstrategie moet de collectieve weerbaarheid van de EU tegen cyberdreigingen vergroten en ervoor zorgen dat alle burgers en bedrijven kunnen profiteren van betrouwbare diensten en digitale tools.

Om de Europese waarden en democratische stelsels te beschermen pakt de Commissie de verspreiding van desinformatie en misinformatie aan via initiatieven zoals het actieplan en de praktijkcode tegen desinformatie, het actieplan voor Europese democratie en het Europees Waarnemingscentrum voor digitale media.

De gedragscode voor de bestrijding van illegale, haatzaaiende uitlatingen op het internet moet ervoor zorgen dat verzoeken om racistische en xenofobe inhoud te verwijderen, snel worden behandeld. Bedrijven, waaronder Facebook, Twitter, Instagram en Snapchat, hebben beloofd om binnen 24 uur de betwiste inhoud te bekijken en zo nodig te verwijderen.

De veiligheid van kinderen op internet is van het allergrootste belang. De Europese Strategie voor een beter internet voor kinderen diende als baken voor het nationale beleid van de EU-landen en wordt wereldwijd gezien als maatstaf voor de bescherming en het mondig maken van kinderen in de online-omgeving. Het door de EU gefinancierde netwerk van centra voor een veiliger internet vestigt de aandacht op onlineveiligheid en bevordert de participatie van kinderen. Nieuwe regels voor audiovisuele mediadiensten bepalen dat onlinevideoplatforms de toegang van kinderen tot schadelijke inhoud moeten beperken, terwijl de wet inzake digitale diensten, nu nog slechts een voorstel, de grotere risico’s voor het welzijn van kinderen moet aanpakken. De Commissie heeft ook een EU-strategie voor een doeltreffender bestrijding van kindermisbruik gepresenteerd.

Maart 2022

Burgers en democratie

De EU moedigt transparantie en democratische participatie in een rechtvaardig en eerlijk Europees politiek stelsel aan, en bevordert actief de betrokkenheid van de burgers bij het besluitvormingsproces van de EU.

De EU wordt bestuurd op basis van het beginsel van representatieve democratie, waarbij de burgers op EU-niveau rechtstreeks worden vertegenwoordigd in het Europees Parlement en waarbij de EU-lidstaten worden vertegenwoordigd in de Europese Raad en de Raad van de Europese Unie. De EU zet zich in om de Europese democratie te beschermen, vrije en eerlijke verkiezingen te bevorderen en het kiesrecht van EU-burgers te handhaven.

Video:

Wat de EU doet

Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement van 2019 was de opkomst het hoogst in 20 jaar (meer dan 50 %), wat wijst op een gezonde mate van democratische participatie van de EU-burgers en de wens om te worden gehoord.

De Conferentie over de toekomst van Europa is gelanceerd als onderdeel van de belofte van de EU om naar de burgers te luisteren en hen meer inspraak te geven over wat de EU doet en hoe zij voor hen werkt. Het initiatief liep een jaar en was een unieke gelegenheid voor Europeanen om hun ideeën en verwachtingen te delen via een aantal debatten in burgerpanels en besprekingen.

EU-burgers kunnen op verschillende manieren bijdragen aan het Europese besluitvormingsproces. Via de “Geef uw mening”-website kunnen burgers en ondernemingen hun mening geven over nieuw EU-beleid en bestaande wetgeving. Via het Europees burgerinitiatief kunnen burgers de Europese Commissie oproepen om nieuwe wetgeving voor te stellen op gebieden waarvoor de EU bevoegd is op voorwaarde dat een initiatief één miljoen handtekeningen in ten minste zeven verschillende lidstaten heeft gehaald. Burgerdialogen bieden mensen de kans om EU-politici vragen te stellen, opmerkingen te maken en te zeggen welke gevolgen het EU-beleid voor hen heeft.

Het actieplan voor Europese democratie moet burgers mondiger en de democratie in de EU sterker maken door vrije en eerlijke verkiezingen te bevorderen, desinformatie te bestrijden en de mediavrijheid te vergroten. In het kader van haar werkzaamheden op dit gebied heeft de Commissie concrete maatregelen voorgesteld om de veiligheid van journalisten en mediaprofessionals te verbeteren en hen te beschermen tegen onrechtmatige rechtszaken.

De Commissie heeft nieuwe regels voorgesteld om te zorgen voor meer transparantie over betaalde politieke reclame; die is de afgelopen jaren steeds belangrijker geworden bij het voeren van campagnes in de EU. Zij heeft ook voorgesteld de huidige EU-regels inzake de financiering van politieke partijen in de EU en de kiezersrechten van mobiele burgers te actualiseren. De Commissie brengt om de drie jaar verslag uit over de vorderingen op weg naar een echt EU-burgerschap en over de nieuwe prioriteiten voor de komende jaren wat betreft EU-burgerschapsrechten.

Maart 2022

De EU-begroting

De EU-begroting voorziet in de middelen die de EU nodig heeft om haar beleidsagenda uit te voeren. Door middelen op EU-niveau te bundelen, bereiken de lidstaten meer dan door alleen op te treden en kunnen zij met succes problemen aanpakken die geen grenzen kennen, zoals klimaatverandering of de coronapandemie.

De EU-begroting bestaat uit langetermijnplannen voor een periode van 7 jaar. Het Europees Parlement en de EU-landen in de Raad nemen elk jaar een besluit over de begroting op basis van een voorstel van de Commissie. In 2022 bedroeg de jaarbegroting van de EU ongeveer 170 miljard euro, een groot bedrag in absolute zin, maar slechts circa 1 % van de welvaart die elk jaar door de economie van de lidstaten wordt gegenereerd. Minder dan 7 % gaat naar de administratie van de EU.

De EU-begroting wordt voornamelijk gefinancierd uit inkomsten van douanerechten, bijdragen op basis van de belasting over de toegevoegde waarde (btw), bijdragen op basis van niet-gerecycled afval van plasticverpakkingen en een directe bijdrage van de EU-landen, ook wel de bijdrage op basis van het bruto nationaal inkomen genoemd. Om elk misbruik van EU-geld te bestrijden, onderzoekt het onafhankelijke Europees Bureau voor fraudebestrijding gevallen van corruptie, fraude en andere illegale activiteiten waarbij EU-middelen betrokken zijn en ontwikkelt het het fraudebestrijdingsbeleid voor de Commissie.

Wat de EU doet

De EU-begroting vormt de basis van de Europese respons op de coronacrisis, via een investeringspakket van 2 biljoen euro. Dit bestaat uit de langetermijnbegroting van de EU voor de periode 2021-2027 met een bedrag van 1 211 miljard euro, aangevuld met 807 miljard euro van NextGenerationEU, een tijdelijk instrument om het herstel te stimuleren. De middelen van dit pakket worden gebruikt om het economisch herstel van Europa te ondersteunen en de overgang naar een moderne, duurzame en veerkrachtige EU aan te sturen. Om NextGenerationEU te financieren, gaat de EU leningen aan op de kapitaalmarkten. De geleende bedragen zullen worden afgelost over een lange periode, tot 2058. Om te helpen met de terugbetalingen onderzoekt de EU de invoering van nieuwe inkomstenbronnen voor de EU-begroting.

Zo hebben middelen uit de EU-begroting de EU in staat gesteld om aankoopovereenkomsten voor coronavaccins te sluiten met farmaceutische bedrijven. Op basis hiervan heeft de EU 4,2 miljard vaccindoses besteld.

In 2022 werd na de Russische invasie van Oekraïne een beroep gedaan op de EU-begroting om te zorgen voor noodhulp en steun aan de grens en in EU-landen en om de humanitaire gevolgen van de oorlog te verzachten.

Maart 2022

Migratie en asiel

Het migratie- en asielbeleid van de EU helpt Europa om migratieproblemen doeltreffend aan te pakken.

De EU zet zich in om irreguliere migratie en mensensmokkel te bestrijden, levens te redden, de buitengrenzen van de EU te beveiligen, maar ook om getalenteerde mensen met vaardigheden aan te trekken.

Dankzij de maatregelen van de EU om haar buitengrenzen te controleren en migratie te beheren, is het aantal mensen dat illegaal naar de EU komt sinds 2015 met bijna 90 % gedaald.

Wat de EU doet

Voortbouwend op de voortgang sinds 2016, zal het voorstel van de Commissie van 2020 voor een nieuw migratie- en asielpact de migratie doeltreffend beheren en illegale migratie effectief aanpakken, ook in tijden van crisis. Het pact zal zorgen voor een eerlijke verdeling van de verantwoordelijkheden en solidariteit tussen de lidstaten, en tegelijkertijd asielzoekers zekerheid bieden.

Het pact zorgt er ook voor dat mensen die echt in nood verkeren, het recht hebben om in de EU te blijven. De EU-strategie inzake vrijwillige terugkeer en re-integratie is erop gericht mensen zonder verblijfsrecht in de EU te helpen om vrijwillig terug te keren naar hun eigen land om daar hun kansen te benutten.

Een nieuw beleidsplan voor legale migratie moet mensen met nieuwe vaardigheden en talenten aantrekken. Dit is goed voor de economie van de EU, voor de samenwerking met derde landen en voor het algehele migratiebeheer op de lange termijn.

Integratie en inclusie zijn heel belangrijk voor mensen die naar Europa komen, voor de plaatselijke gemeenschappen, voor het welzijn van onze samenlevingen op de lange termijn en voor de stabiliteit van onze economieën. Hoewel de lidstaten in de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor het integratiebeleid, neemt de EU ook steeds meer maatregelen op dit gebied. Het actieplan voor integratie en inclusie 2021-2027 richt zich op inclusiviteit voor iedereen via betere toegang tot banen, gezondheidszorg, huisvesting en onderwijs.

Het is een gemeenschappelijke uitdaging voor de EU, de EU-lidstaten en de partnerlanden om mensensmokkel beter te bestrijden. Sinds 2015 zijn door operaties van de EU en de lidstaten meer dan 650 000 levens op zee gered. Het nieuwe EU-actieplan tegen migrantensmokkel bevat maatregelen om samen met partnerlanden mensensmokkel tegen te gaan en te voorkomen.

In de EU worden mensen beschermd die op de vlucht zijn voor vervolging of geweld in hun land van herkomst. Na de Russische invasie in Oekraïne in februari 2022 steunde de EU onmiddellijk de oorlogsvluchtelingen, onder meer door ze tijdelijke bescherming in de EU te bieden. Deze tijdelijke beschermingsregeling geeft mensen het recht op een verblijfsvergunning, toegang tot de arbeidsmarkt en huisvesting, gezondheidszorg en toegang tot onderwijs voor hun kinderen.

Maart 2022

Het Schengengebied

De EU heeft een ruimte tot stand gebracht waarbinnen meer dan 425 miljoen mensen in 26 landen, maar ook niet-EU-burgers die in de EU wonen of die de EU bezoeken als toeristen, uitwisselingsstudenten of voor zakelijke doeleinden, zonder grenzen kunnen reizen.

Dankzij het Schengenakkoord zijn de controles aan veel binnengrenzen van de EU geleidelijk afgeschaft. Bijna 1,7 miljoen mensen werken tegenwoordig in een ander Schengenland dan waar zij wonen, en 3,5 miljoen mensen reizen dagelijks tussen verschillende Schengenlanden. Het Schengengebied levert ook een bijdrage aan de werking van de eengemaakte markt, waardoor goederen en diensten vrij kunnen circuleren.

Video:

Wat de EU doet

Het Schengengebied is sinds 1985 flink gegroeid en omvat nu de meeste EU-landen (met uitzondering van Bulgarije, Kroatië, Cyprus, Ierland en Roemenië) en ook vier landen buiten de EU (IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland).

De afschaffing van controles aan de binnengrenzen mag echter niet ten koste gaan van de veiligheid. Omdat er aan de binnengrenzen geen controles worden uitgevoerd, hebben de Schengenlanden hun krachten gebundeld: zij verhogen de veiligheid door de controles aan hun buitengrenzen aan te scherpen op basis van gemeenschappelijke regels.

Om de veiligheid binnen de EU te waarborgen, is operationele samenwerking tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten essentieel. Een van de belangrijkste hulpmiddelen daarbij is het Schengeninformatiesysteem, dat dient om in real time gegevens over gezochte en vermiste personen en voorwerpen uit te wisselen.

De EU heeft in 2017 nieuwe regels ingevoerd, die inhouden dat alle personen die de buitengrenzen overschrijden, ook EU-burgers, scherper worden gecontroleerd aan de hand van relevante databanken. Zo wordt nagegaan of iemand een bedreiging vormt voor de interne veiligheid of de openbare orde. Uiterlijk eind 2023 moet een nieuw systeem zijn ingevoerd om reizigers van buiten de EU die zonder visum het Schengengebied mogen bezoeken, vooraf te screenen. Dit “Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem” (Etias) zal ook gelden voor Bulgarije, Kroatië, Cyprus en Roemenië. Het moet helpen de bestaande lacunes in veiligheidsinformatie te dichten en vertragingen voor reizigers aan de grens te voorkomen.

De voorgestelde nieuwe regels moeten ervoor zorgen dat controles aan de binnengrenzen alleen als uiterste middel worden ingezet. Daarbij wordt voortgebouwd op de lessen die zijn getrokken uit de coronapandemie. De nieuwe regels introduceren ook gemeenschappelijke instrumenten om de buitengrenzen efficiënter te beheren in geval van een volksgezondheidscrisis.

Het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) speelt een belangrijke rol bij de bescherming van de buitengrenzen van de EU en het beheer van migratie. Op 1 januari 2021 is begonnen met de opbouw van het nieuwe permanente korps van dit agentschap. De volledige capaciteit van 10 000 grenswachters moet in 2027 zijn bereikt.

Maart 2022

Binnenlandse zaken en veiligheid van de burgers

De Europese Unie zet zich in voor de veiligheid van iedereen in de EU, in de fysieke en digitale wereld, en in alle delen van de samenleving.

Europeanen moeten erop vertrouwen dat ze overal in de EU vrij en veilig zijn. De EU-landen, -agentschappen en andere partners werken samen aan de veiligheid van de burgers, pakken bedreigingen aan en bestrijden criminaliteit. De EU stelt beleidsmaatregelen en instrumenten ter beschikking om de onderlinge samenwerking te vergemakkelijken en te verbeteren.

Wat de EU doet

De nieuwe EU-strategie voor de veiligheidsunie voor 2020-2025 heeft drie prioriteiten:

  • bestrijding van georganiseerde misdaad en mensenhandel;
  • bestrijding van terrorisme en radicalisering;
  • bestrijding van cybercriminaliteit.

De georganiseerde misdaad brengt enorme kosten mee voor de slachtoffers en de economie: jaarlijks gaat naar schatting 218 tot 282 miljard euro verloren. Maatregelen ter versterking van de EU-inspanningen op dit gebied omvatten: een nieuwe EU-strategie tegen georganiseerde misdaad, de EU-drugsstrategie 2021-2025, een EU-actieplan tegen vuurwapenhandel en EU-strategieën tegen mensenhandel en seksueel misbruik van kinderen.

Het doel van de antiterrorisme-agenda van de Commissie is de strijd tegen terrorisme op te voeren door beter te anticiperen, te voorkomen, te beschermen en te reageren. Er is een pakket wetgevingsvoorstellen ingediend dat tot doel heeft de EU-regels ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering aan te scherpen. De EU zet zich ook in om radicalisering te voorkomen. Sinds 7 juni 2022 zijn internetbedrijven verplicht terroristische online-inhoud binnen één uur na een verwijderingsbevel van de nationale autoriteiten te verwijderen.

Europol, het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving, pakt alle gebieden van criminaliteit en terrorisme aan en werkt ook samen met partnerlanden buiten de EU en met internationale organisaties. Eurojust, het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken, faciliteert de samenwerking tussen nationale justitiële autoriteiten om zware georganiseerde criminaliteit te helpen bestrijden, terwijl het Europees aanhoudingsbevel in de plaats is gekomen van langdurige uitleveringsprocedures om verdachte of veroordeelde criminelen terug te sturen naar het land waar zij zullen worden of al zijn berecht.

De EU bestrijdt alle aspecten van cybercriminaliteit. De nieuwe EU-strategie inzake cyberbeveiliging moet ervoor zorgen dat alle burgers en bedrijven ten volle kunnen profiteren van betrouwbare en solide diensten en digitale instrumenten, terwijl de EU-cyberbeveiligingsverordening de verdediging van de EU tegen grootschalige, grensoverschrijdende cybercriminaliteit versterkt.

Om de buitengrenzen van de EU beter te beveiligen, moeten alle betrokken partijen hieraan meewerken, waaronder Frontex, het Europees Grens- en kustwachtagentschap, en de douane-unie. Dankzij de EU-informatiesystemen om data en informatie uit te wisselen, zullen de controles aan de buitengrenzen efficiënter verlopen.

Maart 2022

Onderwijs en opleidingen

De EU helpt de onderwijskwaliteit te verbeteren door de samenwerking tussen de lidstaten te bevorderen en te ondersteunen, en door een aanvulling te bieden op nationale maatregelen. Erasmus+ biedt mensen van alle leeftijden de kans om te studeren, een opleiding te volgen, werkervaring op te doen en deel te nemen aan uitwisselingen.

Investeringen in onderwijs en opleidingen zijn cruciaal voor de toekomst van mensen. De EU en haar lidstaten willen onderwijsresultaten verbeteren, het aantal voortijdige schoolverlaters terugdringen en tekorten aan vaardigheden aanpakken; ze streven ernaar dat alle Europeanen van de groene en de digitale transitie kunnen profiteren.

Wat de EU doet

De EU-landen zijn verantwoordelijk voor hun eigen onderwijs- en opleidingsstelsels, maar de EU helpt hen kwaliteitsonderwijs aan te bieden via het uitwisselen van goede praktijken, het vaststellen van doelen en normen, het leveren van financiering en het bieden van deskundigheid.

De EU werkt aan een Europese onderwijsruimte die moet zorgen voor een betere toegang tot onderwijs voor iedereen. De EU wil op alle onderwijsniveaus:

  • betere kwaliteit en meer gelijke kansen;
  • meer ondersteuning van leerkrachten, opleiders en schoolleiders;
  • ontwikkeling van digitale vaardigheden voor alle burgers;
  • initiatieven op het gebied van groen onderwijs;
  • nauwere samenwerking met landen over de hele wereld.

Het actieplan voor digitaal onderwijs (2021-2027) bouwt voort op de lessen die zijn getrokken uit de COVID-19-pandemie. Het bevordert digitale geletterdheid en helpt lidstaten samen te werken om hun onderwijs- en opleidingsstelsels aan het digitale tijdperk aan te passen. De Europese vaardighedenagenda is bedoeld om mensen te helpen vaardigheden te ontwikkelen die zij nodig hebben voor de veranderende arbeidsmarkt. In de agenda zijn ambitieuze doelstellingen vastgesteld om mensen uiterlijk in 2025 bij- en om te scholen.

Erasmus+, het EU-programma voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport, ondersteunt mobiliteit en leren voor iedereen. Met een totale begroting van meer dan 28 miljard euro (twee keer zoveel als het vorige programma) biedt Erasmus+ meer dan 10 miljoen mensen de kans om tussen 2021 en 2027 in een ander land te studeren, een opleiding te volgen, werkervaring op te doen of vrijwilligerswerk te verrichten. Het initiatief DiscoverEU dat nu deel uitmaakt van het Erasmus+-programma, biedt achttienjarigen de mogelijkheid om de EU te ontdekken met een gratis reispas. Op die manier hebben al meer dan 130 000 jongeren de kans gekregen meer te leren over de Europese cultuur en geschiedenis, nieuwe vrienden te maken en hun taalvaardigheden te verbeteren.

Het “EURES Targeted Mobility Scheme” steunt mensen van 18 jaar en ouder om een baan, een stage of een leerlingenplaats in een andere lidstaat te vinden. Met “Europass” kunnen werknemers hun vaardigheden en kwalificaties in een Europees standaardformaat beschrijven om een baan in het buitenland te vinden.

Maart 2022

Jongeren

Met haar beleid en programma’s voor jongeren wil de EU jongeren meer gelijke kansen bieden in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, en ervoor zorgen dat ze volop kunnen deelnemen aan alle aspecten van de samenleving.

De EU ondersteunt de maatregelen van de lidstaten en vult deze aan, bijvoorbeeld als het gaat om opleidingen en werkgelegenheid voor jongeren. De EU dringt ook aan op meer samenwerking tussen EU-landen.

Wat de EU doet

De EU-strategie voor jongeren vormt tot 2027 het kader voor de samenwerking op het gebied van jeugdbeleid in de EU. Het doel van de strategie is:

  • jongeren te ondersteunen bij hun persoonlijke ontwikkeling en te helpen vaardigheden te verwerven;
  • jongeren te stimuleren actieve burgers te worden en positieve veranderingen te realiseren, geïnspireerd op de waarden van de EU en een Europese identiteit;
  • in alle sectoren beleid te verbeteren dat gevolgen heeft voor jongeren, met name op het gebied van werkgelegenheid, onderwijs, gezondheid en sociale inclusie;
  • bij te dragen aan het uitbannen van armoede en discriminatie onder jongeren, in welke vorm dan ook, en de sociale inclusie van jongeren te stimuleren.

Jongeren staan centraal in het EU-beleid, van plannen als NextGenerationEU en de Europese Green Deal tot aan het digitaal decennium. 2022 werd uitgeroepen tot Europees Jaar van de jeugd om jongeren in het zonnetje te zetten, en in het bijzonder om met kansarme jongeren in contact te komen en ze te ondersteunen.

De EU heeft diverse programma’s opgezet en initiatieven genomen om jongeren in Europa te helpen een actievere rol te spelen in de samenleving en nuttige ervaringen op te doen in een ander land.

Erasmus+ is het EU-programma om onderwijs, opleidingen en sport voor jongeren in Europa te ondersteunen. Met een totale begroting van meer dan 28 miljard euro biedt het programma meer dan 10 miljoen mensen de kans om tussen 2021 en 2027 in een ander land ervaring op te doen, bijvoorbeeld via studies, stages, leerlingenplaatsen, uitwisselingen tussen jongeren, onderwijs, opleidingen, jeugdwerk en sport.

De “jongerengarantieregelingen” helpen jongeren aan banen door ervoor te zorgen dat alle jongeren onder de 30 jaar binnen vier maanden nadat ze werkloos zijn geworden of het onderwijs hebben verlaten, een goede baan, een leerlingenplaats, een stage of voortgezet onderwijs krijgen aangeboden. Het nieuwe ALMA-initiatief (Aim, Learn, Master, Achieve) ondersteunt kansarme jongeren door werkervaring in een andere lidstaat te bieden.

Het nieuwe Europees Solidariteitskorps, met een totale begroting van meer dan 1 miljard euro voor de periode 2021-2027, biedt ongeveer 270 000 jongeren de kans om maatschappelijke en humanitaire problemen aan te pakken via vrijwilligerswerk in binnen- en buitenland.

Op de Europese Jongerensite is meer te vinden over bijvoorbeeld DiscoverEU en de EU-jongerendialoog, die jongeren inspraak geeft bij beleid dat hen aangaat.

Het ene jaar vindt de Europese Jongerenweek plaats, het andere jaar het Europese Jongerenevenement.

Maart 2022

Cultuur, media en sport

De EU werkt aan het behoud van het gedeelde culturele erfgoed van Europa en maakt dit voor iedereen toegankelijk. Zij ondersteunt de kunsten en helpt de culturele en creatieve industrieën in de EU om te floreren via het programma Creatief Europa, en bevordert sport via het Erasmus+-programma.

Cultuur en creativiteit vormen het hart van het Europese project en het hart van het culturele beleid van de EU. Het rijke culturele erfgoed en de dynamische cultuur- en creatieve sectoren van Europa bezorgen miljoenen mensen niet alleen verrijkende ervaringen en plezier, maar vergroten ook het identiteitsbesef.

Sport en beweging vormen een integraal onderdeel van het leven van miljoenen Europeanen. Naast het bevorderen van een betere gezondheid en meer welzijn kan sport helpen bij het aanpakken van problemen zoals racisme, sociale exclusie en genderongelijkheid.

Wat de EU doet

De EU wil het Europese culturele erfgoed en de diversiteit in de landen beschermen en zo goed mogelijk gebruikmaken van de bijdragen van de culturele en creatieve sectoren aan de economie en de samenleving. Het EU-beleid is er ook op gericht gemeenschappelijke uitdagingen aan te gaan en innovatie in de culturele sector aan te moedigen. De nieuwe Europese agenda voor cultuur bevat concrete maatregelen om het volledige potentieel van cultuur te benutten.

Het programma Creatief Europa, met een budget van 2,4 miljard euro voor de periode 2021-2027, heeft tot doel de culturele en creatieve sectoren in Europa te versterken en hun herstel na de COVID-19-pandemie te ondersteunen. Ook bevordert Creatief Europa initiatieven zoals de EU-prijzen voor cultureel erfgoed, architectuur, literatuur en muziek, het Europees erfgoedlabel en de culturele hoofdsteden van Europa. Het onderdeel Media ondersteunt de ontwikkeling, distributie en promotie van audiovisuele werken, waaronder films, series, videospelletjes en immersieve inhoud. Het audiovisuele en mediabeleid van de EU is erop gericht de Europese audiovisuele sector te versterken en aan te moedigen dat inhoud voor burgers in de hele EU beschikbaar wordt gesteld.

Digitale technologieën bieden nieuwe mogelijkheden om culturele inhoud te bewaren, te hergebruiken en toegankelijk te maken voor alle doelgroepen. Het digitale platform Europeana stelt mensen in staat een schat aan cultureel erfgoed te verkennen uit meer dan 4 000 musea, galeries, bibliotheken en archieven in heel Europa.

De EU richt zich op sport als een middel om haar burgers gezond te houden, gemeenschappen te creëren, de sociale inclusie te versterken en gelijke kansen te bevorderen.

Erasmus+ cofinanciert initiatieven om innovatieve ideeën en praktijken ter bevordering van amateursport te helpen ontwikkelen, delen en uitvoeren. In 2020 ondersteunde de EU 315 projecten op het gebied van gezondheid, sociale inclusie en integriteit in de sport. De #BeInclusive EU Sport Awards bekronen organisaties die sport inzetten om tot meer sociale inclusie van kansarme groepen te komen, en met de Europese Week van de Sport worden Europeanen aangemoedigd in hun dagelijks leven actief te zijn.

3 Hoe de Europese Unie besluiten neemt en optreedt

1 WIE IS WIE

De Europese Unie is gebaseerd op de rechtsstaat. Dat betekent dat alles wat de EU doet, gebaseerd is op verdragen waarmee alle landen van de EU vrijwillig en op democratische wijze hebben ingestemd. Over deze verdragen is onderhandeld, alle EU-lidstaten hebben ze goedgekeurd en ze zijn vervolgens geratificeerd door de nationale parlementen of per referendum.

De verdragen leggen de doelstellingen van de EU vast, alsmede de regels voor de instellingen van de EU, de manier waarop besluiten worden genomen en de relatie tussen de EU en haar lidstaten. Bij de toetreding van nieuwe lidstaten worden ze telkens gewijzigd. Af en toe worden ze ook gewijzigd om de instellingen van de EU te hervormen en de EU nieuwe bevoegdheden te geven.

Het laatste wijzigingsverdrag, het Verdrag van Lissabon, is op 1 december 2009 van kracht geworden. Eerdere verdragen zijn nu verwerkt in de huidige geconsolideerde versie, die bestaat uit het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Meer recent keurde de EU het Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur in de economische en monetaire unie goed, een intergouvernementeel verdrag dat de deelnemende landen verplicht strikte regels in te voeren om een evenwichtige overheidsbegroting te garanderen en het bestuur van de eurozone te versterken.

Bij de besluitvorming op EU-niveau zijn verschillende EU-instellingen betrokken, met name:

De adviesorganen (het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Europees Comité van de Regio’s) en de nationale parlementen spelen ook een rol.

In het algemeen bepaalt de Europese Raad de politieke agenda van de EU, terwijl de Europese Commissie nieuwe wetten voorstelt die door het Europees Parlement en de Raad (ook wel “Raad van de Europese Unie” genoemd) worden aangenomen. De lidstaten en de betrokken EU-instelling(en) voeren ze vervolgens uit.

Het Europees Parlement

Het Europees Parlement wordt verkozen door de EU-burgers in rechtstreekse verkiezingen die elke vijf jaar plaatsvinden. Elke lidstaat kiest een aantal leden van het Europees Parlement (EP-leden); het aantal zetels hangt af van de bevolking van elke lidstaat. Het Parlement komt zowel in Brussel als in Straatsburg samen. De huidige voorzitter van het Europees Parlement is Roberta Metsola.

EP-leden vormen zelf politieke fracties en ook commissies die voorstellen voor nieuwe wetgeving in verschillende beleidsdomeinen onderzoeken.

Op het gebied van besluitvorming is het Parlement bevoegd voor de volgende zaken:

  • het goedkeuren, wijzigen of afwijzen van EU-wetten, samen met de Raad, op basis van voorstellen van de Commissie. Samen met de Raad keurt het Parlement ook de EU-begroting goed (voorgesteld door de Commissie);
  • het beslissen over internationale overeenkomsten;
  • het beslissen over uitbreidingen van de EU;
  • het aanwijzen van de voorzitter van de Commissie, op basis van een voorstel van de lidstaten, en vervolgens het goedkeuren van de hele Commissie;
  • het evalueren van het werkprogramma van de Commissie en de Commissie verzoeken wetgeving voor te stellen.

De werkzaamheden van het Parlement bestaan uit twee belangrijke fasen:

  • de voorbereiding van de wetgeving in de commissies: het Parlement telt twintig commissies en twee subcommissies die elk een specifiek beleidsdomein behandelen. De commissies onderzoeken voorstellen voor wetgeving, en de EP-leden en politieke fracties kunnen amendementen indienen, of een voorstel doen om de voorgestelde wetgeving af te wijzen. De politieke fracties bespreken alle voorstellen eerst intern voordat ze besluiten hoe ze over een specifiek onderwerp zullen stemmen;
  • de goedkeuring, wijziging of afwijzing van wetgeving in de plenaire vergaderingen: dit gebeurt wanneer alle EP-leden zich in de vergaderzaal verzamelen voor een eindstemming over de voorgestelde wetgeving en de voorgestelde amendementen. De plenaire vergaderingen vinden in de regel in Straatsburg plaats, eventuele buitengewone vergaderingen in Brussel.

De negende verkiezing voor het Europees Parlement werd gehouden van 23 tot 26 mei 2019. In een directe stemming hebben de 27 EU-lidstaten de 705 EP-leden gekozen die het huidige Parlement vormen. Meer informatie over de uitslag van de EU-verkiezingen van 2019 en de vorming van het huidige Parlement is te vinden op de website van het Europees Parlement. De volgende verkiezingen worden in 2024 gehouden.

De Europese Raad

De Europese Raad is gevestigd in Brussel en bestaat uit de staatshoofden en regeringsleiders van alle EU-lidstaten, de voorzitter van de Europese Commissie en de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid.

In de Europese Raad komen de EU-leiders bijeen om de politieke agenda van de EU te bepalen. De Raad vertegenwoordigt het hoogste niveau van politieke samenwerking tussen de EU-lidstaten. De Europese Raad komt (meestal om de drie maanden) bijeen op bijeenkomsten van EU-leiders (“toppen”), voorgezeten door de voorzitter van de Europese Raad. De voorzitter kan ook buitengewone bijeenkomsten over dringende kwesties bijeenroepen. In juli 2019 is Charles Michel door de Europese Raad verkozen tot voorzitter voor de periode van 1 december 2019 tot en met 31 mei 2022. Hij is herkozen voor een tweede termijn, die loopt van 1 juni 2022 tot 30 november 2024.

De Europese Raad neemt zijn besluiten meestal bij consensus. In bepaalde specifieke gevallen besluit hij echter met gekwalificeerde meerderheid.

De Europese Raad:

  • beslist over het algemene beleid en de politieke prioriteiten van de EU, maar keurt geen wetten goed;
  • behandelt ingewikkelde of gevoelige zaken die niet kunnen worden opgelost op een lager regeringsniveau;
  • bepaalt het gemeenschappelijk internationaal en veiligheidsbeleid van de EU, en houdt daarbij rekening met strategische belangen en de gevolgen voor defensie;
  • nomineert en benoemt kandidaten voor enkele prominente EU-functies, zoals de voorzitter van de Europese Commissie en de voorzitter van de Europese Centrale Bank.

De Europese Raad kan:

  • de Commissie uitnodigen een voorstel in te dienen over deze kwesties;
  • deze kwesties doorverwijzen naar de Raad van de Europese Unie.

De Raad van de Europese Unie

De Raad, ook wel “Raad van de Europese Unie” genoemd, is samen met het Parlement het belangrijkste besluitvormingsorgaan van de EU. De regeringen van de EU-landen vaardigen elk één minister naar de Raad van de Europese Unie af om wetsvoorstellen te bespreken, te wijzigen en goed te keuren, en het beleid te coördineren. De daar gemaakte afspraken zijn bindend voor de nationale regeringen. Het voorzitterschap van de Raad rouleert elke zes maanden tussen de EU-lidstaten; het land dat voorzitter is, zit alle vergaderingen van de Raad voor en stelt de agenda’s op.

De Raad:

  • onderhandelt over EU-wetgeving en stelt deze vast, in samenspraak met het Parlement en op basis van voorstellen van de Commissie;
  • coördineert het beleid van de EU-landen;
  • stippelt het buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU uit op basis van de richtsnoeren van de Europese Raad;
  • sluit overeenkomsten tussen de EU en andere landen en internationale organisaties;
  • stelt, samen met het Parlement, de EU-begroting vast.

De aanwezige ministers zijn de ministers die bevoegd zijn voor het beleid dat wordt besproken. Zo komen de ministers van milieu samen in de Milieuraad. De ministers ontmoeten elkaar meermaals per jaar om besluiten over de EU te nemen, hoewel regeringsfunctionarissen elkaar het hele jaar door ontmoeten om de details van het beleid te bespreken.

Voor de goedkeuring van een besluit is meestal een gekwalificeerde meerderheid vereist, te weten 55 % van de lidstaten die bij elkaar ten minste 65 % van de totale bevolking van de EU vertegenwoordigen. Bij bepaalde onderwerpen, zoals buitenlands beleid en belastingen, is unanimiteit vereist (alle landen moeten vóór stemmen), terwijl voor procedurele en administratieve kwesties een gewone meerderheid voldoende is.

De Raad mag niet worden verward met de Raad van Europa, die geen EU-orgaan is, maar een internationale organisatie die is opgericht om de democratie te bevorderen en de mensenrechten en de rechtsstaat in Europa te beschermen. De Raad van Europa bestaat uit 47 Europese landen, waaronder de lidstaten van de EU.

De Europese Commissie

De Europese Commissie is de belangrijkste instelling die de dagelijkse activiteiten van de EU leidt. Ze is de enige EU-instelling die wetgeving kan voorstellen (vaak op verzoek van het Parlement of de Raad), maar het stemmen erover gebeurt door het Parlement en de Raad. De meeste mensen die bij de Commissie werken, hebben hun standplaats in Brussel of Luxemburg, maar er zijn “vertegenwoordigingen” in alle hoofdsteden van de EU-lidstaten.

De Commissie bestaat uit het college van 27 commissarissen, 1 uit iedere EU-lidstaat, onder wie voorzitter Ursula von der Leyen en de vicevoorzitters.

Nadat de voorzitter van de Commissie is verkozen, draagt de Raad de overige 26 commissieleden voor in overleg met de verkozen voorzitter. Het college van leden wordt vervolgens in zijn geheel goedgekeurd door het Parlement. De commissarissen vormen het politieke leiderschap van de Commissie voor een termijn van 5 jaar. Elke commissaris krijgt van de voorzitter een bepaalde portefeuille, waarvoor hij of zij politiek verantwoordelijk is.

Het personeel van de Commissie is vergelijkbaar met de openbare diensten in een lidstaat en zijn verdeeld over afdelingen, die directoraten-generaal en diensten worden genoemd en te vergelijken zijn met ministeries op nationaal niveau.

Het college van commissarissen draagt gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor de genomen besluiten. De stemmen van alle commissarissen wegen in die besluitvorming even zwaar en de commissarissen zijn dus ook allemaal in gelijke mate aansprakelijk voor wat zij samen besluiten. De commissarissen hebben geen eigen beslissingsbevoegdheid, behalve in speciale gevallen.

Er zijn acht vicevoorzitters (onder wie drie uitvoerend vicevoorzitters en de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid), die deze functie uitoefenen naast hun gewone rol als commissaris. De vicevoorzitters mogen namens de voorzitter optreden en coördineren samen met verschillende commissarissen de werkzaamheden die onder hun verantwoordelijkheid vallen. De politieke richtsnoeren die voorzitter Von der Leyen in juli 2019 heeft gepresenteerd, bevatten zes grote ambities voor Europa.

Over het algemeen worden besluiten bij consensus genomen, maar er kan ook worden gestemd. In dat geval heeft elke commissaris één stem en is een gewone meerderheid voldoende. Het desbetreffende directoraat-generaal gaat vervolgens met het onderwerp aan de slag. Dit leidt meestal tot een ontwerpwetgevingsvoorstel.

Raadgevende comités

De raadgevende comités (het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Europees Comité van de Regio’s) hebben een adviserende rol ten aanzien van het Parlement, de Raad en de Commissie. Ze brengen adviezen uit over voorgestelde wetgevingshandelingen. Het Europees Economisch en Sociaal Comité vertegenwoordigt het maatschappelijk middenveld, terwijl het Europees Comité van de Regio’s lokale en regionale overheden vertegenwoordigt.

Nationale parlementen

De 27 nationale parlementen van de lidstaten dragen bij aan de goede werking van de EU door het optreden van hun regeringen in verband met activiteiten van de EU te controleren. De nationale parlementen hebben een aantal rechten, waaronder het recht om hun zorgen over ontwerpwetgeving kenbaar te maken.

Wanneer een nationaal parlement van mening is dat een ontwerpwetgevingshandeling in strijd is met het subsidiariteitsbeginsel, kan het een met redenen omkleed advies uitbrengen aan de Commissie: de EU treedt alleen op als actie op EU-niveau effectiever zal zijn dan op nationaal niveau, behalve op de terreinen waarop zij exclusieve bevoegdheden heeft. Indien aan bepaalde voorwaarden is voldaan, evalueert de Commissie haar voorstel en verklaart ze publiekelijk of ze het voorstel zal handhaven, wijzigen of intrekken.

De Commissie voert ook voortdurend politieke dialogen met de nationale parlementen, die adviezen uitbrengen over wetgevings- of andere initiatieven van de Commissie of, op eigen initiatief, over elk ander politiek onderwerp dat ze van belang achten.

Europese Centrale Bank en Europese Investeringsbank

De Europese Centrale Bank is een onafhankelijke instelling van de economische en monetaire unie, waarbij alle EU-lidstaten zijn aangesloten. Ze neemt besluiten zonder instructies van regeringen of van andere EU-instellingen te vragen of te aanvaarden. Het hoofddoel van de ECB is het handhaven van prijsstabiliteit in de eurozone door te zorgen voor een lage en stabiele consumentenprijsinflatie.

De Europese Investeringsbank is de bank van de EU. De lidstaten zijn de aandeelhouders en de taak van de bank is leningen te verstrekken voor investeringen die de doelstellingen van de EU ondersteunen. Ze concentreert zich op het stimuleren van werkgelegenheid en groei in de EU, het ondersteunen van klimaatactie en het ondersteunen van het EU-beleid buiten de grenzen van de EU.

Agentschappen van de Europese Unie

De EU wordt voor haar werkzaamheden bijgestaan door verschillende EU-agentschappen, die aparte rechtspersonen zijn en specifieke taken onder de EU-wetgeving uitvoeren. Ze houden zich bezig met zaken en problemen die invloed hebben op het dagelijks leven van de inwoners van de EU. Voor de EU-instellingen en de EU-lidstaten zijn ze onmisbaar dankzij hun gespecialiseerde kennis op uiteenlopende gebieden zoals cyberveiligheid, de veiligheid van voedsel en geneesmiddelen, milieubescherming, grondrechten en grensbeveiliging.

2 BESLUITVORMING

Diverse instellingen nemen deel aan het besluitvormingsproces van de EU, met voorop het Parlement, de Raad en de Commissie.

Doorgaans stelt de Commissie nieuwe rechtshandelingen voor, die vervolgens worden aangenomen door het Parlement en de Raad. In sommige gevallen doet de Raad dat alleen.

Om ervoor te zorgen dat EU-maatregelen hun doel op de meest efficiënte wijze verwezenlijken, beoordeelt de Commissie de verwachte en feitelijke effecten van beleid, wetgeving en andere belangrijke acties. Ook worden burgers en belanghebbenden betrokken bij elke fase van de beleidscyclus — van het plannen, voorstellen, uitvoeren en evalueren van beleid tot aan de herziening ervan.

Ter aankondiging van nieuwe wetgevingsinitiatieven of evaluaties van bestaande wetgeving publiceert de Commissie aanvangseffectbeoordelingen of routekaarten. De potentiële economische, sociale en milieueffecten van voorgestelde maatregelen worden geanalyseerd en gerapporteerd in de effectbeoordelingen die samen met de wetgevingsvoorstellen worden ingediend.

Hoe zit het met wetgeving of initiatieven die reeds van kracht zijn? Wanneer maatregelen lang genoeg van kracht zijn, worden ze geëvalueerd om de werking ervan te toetsen aan standaardcriteria. Onderdeel hiervan is het programma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (Refit), dat bedoeld is om de kosten van regelgeving te verminderen en bestaande wetgeving te vereenvoudigen.

Er zijn diverse soorten rechtshandelingen, die op verschillende manieren worden toegepast.

  • Een verordening is een wet die rechtstreeks van toepassing en bindend is in alle lidstaten. Lidstaten hoeven haar niet in nationaal recht om te zetten, hoewel nationale wetten mogelijk moeten worden gewijzigd om niet in strijd te zijn met de verordening.
  • Een richtlijn is een wet die de lidstaten, of een groep lidstaten, verplicht een specifiek doel te bereiken. Richtlijnen moeten doorgaans in nationaal recht worden omgezet om van kracht te worden. Belangrijk is dat een richtlijn het te behalen resultaat vermeldt: het is aan de individuele lidstaten om te besluiten hoe dit wordt gedaan.
  • Een besluit kan gericht zijn tot lidstaten, groepen personen of zelfs individuele personen. Het is in zijn geheel bindend. Besluiten worden bijvoorbeeld gebruikt om een uitspraak te doen over voorgestelde fusies tussen bedrijven.
  • Met aanbevelingen en adviezen kunnen de EU-instellingen zich uitspreken tegenover lidstaten, en in sommige gevallen tegenover individuele burgers. Deze zijn niet bindend en houden geen enkele wettelijke verplichting in voor de persoon of entiteit die wordt aangesproken.

Elk voorstel voor een nieuwe EU-rechtshandeling is in overeenstemming met een specifiek artikel van een verdrag, dat de rechtsgrondslag van het voorstel wordt genoemd. De rechtsgrondslag bepaalt welke wetgevingsprocedure moet worden gevolgd.

De meeste wetten komen tot stand via een procedure die de gewone wetgevingsprocedure wordt genoemd.

Gewone wetgevingsprocedure

De gewone wetgevingsprocedure, ook medebeslissingsprocedure genoemd, is de meest gebruikelijke procedure voor het aannemen van EU-wetgeving. Deze procedure plaatst het Parlement en de Raad op gelijke voet en de volgens deze procedure aangenomen wetgeving heeft de vorm van gemeenschappelijke besluiten van het Parlement en de Raad. Deze procedure is van toepassing op de meeste EU-wetgeving op een breed spectrum van terreinen, zoals consumentenrecht, milieubescherming en vervoer. Onder de gewone wetgevingsprocedure doet de Commissie een voorstel dat door zowel het Parlement als de Raad moet worden goedgekeurd. Bij ontvangst van het voorstel verloopt de procedure als volgt.

De eerste lezing

  • Het Parlement debatteert over het voorstel in zijn commissies. In deze commissies wordt over ingediende amendementen op het voorstel gestemd. Het voorstel gaat dan naar het hele Parlement dat erover (en over verdere amendementen) stemt in de plenaire vergadering.
  • De Raad en de lidstaten bestuderen de wetgeving in detail; de meeste discussies vinden plaats in een werkgroep met ambtenaren. Veel kwesties kunnen worden opgelost op dit technische niveau of op de niveaus die er net boven liggen, hoewel over sommige kwesties mogelijk een besluit moet worden genomen in vergaderingen met de desbetreffende ministers. De Raad bereikt een politiek akkoord over de wetgeving — dit kan voor of na de stemming in het Parlement gebeuren. Zodra het Parlement heeft gestemd, wordt het politieke akkoord omgezet in een formeel gemeenschappelijk standpunt. Als het gemeenschappelijke standpunt van de Raad verschilt van de stemming in het Parlement, gaat de wetgeving naar een tweede lezing om de geschillen op te lossen.
  • Vertegenwoordigers van het Parlement en de Raad ontmoeten elkaar vaak informeel om tot een akkoord proberen te komen voordat ze hun standpunten formaliseren. Als ze tot een akkoord komen, neemt de Raad dezelfde tekst aan als het Parlement en wordt het voorstel wet. Dat wordt een akkoord in eerste lezing genoemd.

De tweede lezing

  • Als er geen akkoord is bereikt in eerste lezing, gaat de tweede lezing van start. Die verloopt op een soortgelijke manier als de eerste lezing, maar deze keer onderzoekt en stemt het Parlement over de wijzigingen die de Raad heeft voorgesteld. Vervolgens beraadt de Raad zich over wat het Parlement voorstelt. De tweede lezing verloopt sneller dan de eerste lezing, aangezien alleen kan worden gediscussieerd over de verschillende standpunten van het Parlement en de Raad en diverse elementen in de tijd beperkt zijn.
  • Het is mogelijk dat het Parlement en de Raad het in deze fase akkoord zijn (een akkoord in tweede lezing). Als de twee instellingen niet tot een gemeenschappelijk besluit over de voorgestelde rechtshandeling kunnen komen, gaat die naar een bemiddelingscomité dat bestaat uit een gelijk aantal vertegenwoordigers van het Parlement en de Raad. Deze bemiddelingsprocedure is zeldzaam geworden. De meeste rechtshandelingen worden goedgekeurd volgens de gewone wetgevingsprocedure in eerste of tweede lezing.
  • Zodra een overeenkomst is bereikt over een definitieve tekst, en alle vertalingen zijn uitgevoerd, gaat de wetgeving opnieuw naar het Parlement en de Raad, zodat die haar als rechtshandeling kunnen goedkeuren. Ze wordt vervolgens bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie in de officiële talen van de EU. In de wetgeving is bepaald wanneer ze in de lidstaten ten uitvoer moet worden gelegd, of wanneer ze van kracht wordt in het geval van een verordening.

De Commissie kan lidstaten voor de rechtbank dagen en vragen dat ze worden beboet als ze de EU-wetgeving niet ten uitvoer leggen. Bijna alle handhaving van de EU-wetgeving doet zich voor binnen de lidstaten. Dat kan soms leiden tot klachten over ongelijke tenuitvoerlegging van de regels in verschillende landen. Enkele besluiten worden rechtstreeks op EU-niveau gehandhaafd, met name mededingingswetgeving, zoals antitrustzaken. Raadpleeg voor meer informatie hoofdstuk 3 — Handhaving van de EU-wetten — van dit deel.

Wie wordt nog meer geraadpleegd?

Bij het nemen van besluiten op een aantal beleidsterreinen raadplegen het Parlement, de Raad en de Commissie het Europees Economisch en Sociaal Comité (waarvan Christa Schweng de voorzitter is).

Als het gaat om zaken die relevant zijn voor de regio’s, moeten het Parlement, de Raad en de Commissie het Europees Comité van de Regio’s raadplegen (waarvan Apostolos Tzitzikostas de voorzitter is).

De adviezen van de comités zijn niet bindend voor de EU-instellingen.

Daarnaast kunnen andere instellingen en organen worden geraadpleegd wanneer een voorstel binnen hun interessegebied of expertise valt, bijvoorbeeld de Europese Centrale Bank voor voorstellen met betrekking tot economische of financiële zaken.

Nationaal toezicht

De nationale parlementen ontvangen ontwerpen van wetgevingshandelingen op hetzelfde moment als het Parlement en de Raad. Zij kunnen advies uitbrengen om ervoor te zorgen dat besluiten op het meest passende niveau worden genomen. De nationale parlementen zien er daarom op toe dat het subsidiariteitsbeginsel in acht wordt genomen bij de besluitvorming in de EU, en kunnen “met redenen omklede adviezen” geven wanneer ze menen dat het beginsel niet wordt nageleefd.

Betrokkenheid van burgers

Iedere EU-burger heeft het recht een verzoekschrift tot het Parlement te richten in een van de 24 officiële talen van de EU, in de vorm van een klacht of een verzoek, betreffende een onderwerp dat tot de werkterreinen van de EU behoort. De verzoekschriften worden behandeld door de Commissie verzoekschriften van het Europees Parlement. Zij beslist over de ontvankelijkheid ervan en neemt de afhandeling voor haar rekening.

Burgers kunnen ook rechtstreeks invloed uitoefenen op de ontwikkeling van het EU-beleid door de Commissie op te roepen een wetgevingsvoorstel te doen over onderwerpen die binnen de bevoegdheid van de EU vallen. Dit wordt een Europees burgerinitiatief genoemd en moet de steun hebben van ten minste 1 miljoen EU-burgers uit ten minste zeven lidstaten. In elk van die zeven lidstaten is een minimumaantal handtekeningen vereist.

Burgers kunnen hun opvattingen over initiatieven van de Commissie kenbaar maken in belangrijke fasen van het beleidsvormings- en wetgevingsproces. Via het “Geef uw mening”-webportaal kunnen burgers en belanghebbenden op verschillende manieren bijdragen:

  • Eerst kondigt de Commissie een nieuw initiatief of een evaluatie van bestaand beleid of bestaande wetgeving aan door een aanvangseffectbeoordeling of een routekaart te publiceren. Burgers en belanghebbenden hebben vier weken de tijd om feedback te geven, die op dezelfde webpagina wordt gepubliceerd.
  • Bij het voorbereiden van een nieuw initiatief of een nieuwe evaluatie houdt de Commissie openbare raadplegingen via onlinevragenlijsten, die twaalf weken openstaan.
  • Nadat de Commissie een wetgevingsvoorstel heeft voltooid en dit aan het Parlement en de Raad heeft voorgelegd, hebben burgers nog een kans om opmerkingen over het voorstel in te dienen. De feedbackperiode voor voorstellen van de Commissie bedraagt acht weken; daarna worden de bijdragen doorgestuurd aan het Parlement en de Raad, die de bijdragen meenemen in hun onderhandelingen.
  • Via “Geef uw mening: Vereenvoudigen!” kunnen burgers de Commissie op elk moment suggesties aan de hand doen over manieren om bestaande wetgeving of bestaand beleid te vereenvoudigen en te verbeteren, zodat die wetgeving of dat beleid doelmatiger en minder belastend wordt.

Coördinatie van het beleid van de lidstaten — het voorbeeld van het economische beleid

In de economische en monetaire unie is het economische beleid van de EU gebaseerd op de nauwe coördinatie van het nationale economische beleid van alle lidstaten. Deze coördinatie wordt geleid door de ministers van Economische en Financiële Zaken, die samen de Raad Economische en Financiële Zaken vormen.

De Eurogroep bestaat uit de ministers van Economische Zaken en Financiën van de leden van de eurozone. Zij bevordert de economische groei en de financiële stabiliteit in de eurozone door het economische beleid te coördineren.

Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid

Het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid is het georganiseerde, overeengekomen buitenlandbeleid van de EU, vooral gericht op diplomatie en optreden op het gebied van veiligheid en defensie. Besluiten vereisen unanimiteit van de lidstaten in de Raad. Zodra ze zijn overeengekomen, kunnen bepaalde aspecten verder worden besloten met gekwalificeerde meerderheid. Voor het buitenlands beleid van de EU op ministerieel niveau is er de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en vicevoorzitter van de Commissie, momenteel Josep Borrell Fontelles, die ook de vergaderingen van de ministers van Buitenlandse Zaken voorzit.

Sluiting van internationale overeenkomsten

Elk jaar sluit (d.w.z. ondertekent) de Raad een aantal overeenkomsten tussen de EU enerzijds en derde landen of internationale organisaties anderzijds. Dergelijke overeenkomsten kunnen brede terreinen zoals handel, samenwerking en ontwikkeling betreffen, of betrekking hebben op meer specifieke onderwerpen zoals textiel, visserij, wetenschap en technologie, of vervoer. Voor dergelijke overeenkomsten is instemming van het Europees Parlement vereist op terreinen die onder de gewone wetgevingsprocedure vallen.

Goedkeuring van de EU-begroting

De jaarlijkse begroting van de EU wordt door de Raad en het Parlement gezamenlijk vastgesteld. Als de twee instellingen niet tot overeenstemming komen, worden er bemiddelingsprocedures gevolgd tot er een begroting is goedgekeurd. Raadpleeg voor meer informatie hoofdstuk 4 van dit deel: Actie ondernemen: de EU-begroting.

3 HANDHAVING VAN EU-WETGEVING

Het Hof van Justitie van de Europese Unie zorgt ervoor dat het EU-recht in elke lidstaat op dezelfde manier wordt geïnterpreteerd en toegepast. Het Hof is bevoegd om uitspraak te doen in juridische geschillen tussen lidstaten, EU-instellingen, bedrijven en individuen. Om de duizenden zaken die aan het Hof worden voorgelegd, te kunnen behandelen, is het Hof in twee grote organen verdeeld: het Hof van Justitie en het Gerecht.

Als een particulier of bedrijf schade heeft geleden als gevolg van een handeling of nalatigheid van een EU-instelling of haar personeel, kan de particulier of het bedrijf op twee manieren een zaak bij het Hof aanhangig maken:

  • indirect via een nationale rechter, die de zaak kan doorverwijzen naar het Hof van Justitie;
  • rechtstreeks bij het Gerecht, als een EU-besluit de particulier of het bedrijf rechtstreeks en individueel heeft getroffen.

Als iemand meent dat de overheden in een land de EU-wet hebben overtreden, kan diegene de officiële klachtenprocedure volgen.

Hoe werkt het Hof?

De procedure bestaat uit twee fasen:

  • Schriftelijke fase. Om te beginnen dienen alle betrokken partijen bij de rechter een schriftelijke verklaring in. Ook nationale instanties, EU-instellingen en soms particulieren kunnen opmerkingen indienen. Dit alles wordt samengevat door de rechter-rapporteur en vervolgens besproken in de algemene zitting van het Hof.
  • Mondelinge fase. Dit is een openbare hoorzitting: advocaten van beide partijen houden hun pleidooi voor de rechters en de advocaat-generaal, die vragen kunnen stellen. Als het Hof besluit dat de advocaat-generaal een conclusie moet vaststellen, dan volgt die enkele weken na de zitting. Daarna bespreken de rechters de zaak en komen zij tot een arrest.

De procedure bij het Gerecht verloopt ongeveer gelijk, maar de meeste zaken worden door drie rechters behandeld en er is geen rol voor de advocaat-generaal.

Overige justitiële instellingen van de EU

De Europese Ombudsman ontvangt en onderzoekt klachten en helpt slecht bestuur in de EU-instellingen en andere organen te identificeren. Elke burger, inwoner, vereniging of bedrijf uit een EU-lidstaat kan een klacht indienen bij de Ombudsman.

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is belast met de bescherming van de persoonlijke informatie en privacy van EU-burgers en -inwoners die door de EU-instellingen in elektronische, schriftelijke of visuele vorm zijn opgeslagen. Hij bevordert ook goede praktijken op dit gebied bij de EU-instellingen en -organen.

4 ACTIE ONDERNEMEN: DE EU-BEGROTING

De EU stelt langetermijnbestedingsplannen vast (bekend als het meerjarig financieel kader), die een stabiele basis vormen voor de uitvoering van de begroting gedurende een periode van zeven jaar. Met het meerjarig financieel kader kan de EU nationale begrotingen aanvullen door beleid met meerwaarde voor de EU te financieren. Het meerjarig financieel kader bepaalt de maximumbedragen (plafonds) die de EU jaarlijks in verschillende categorieën van uitgaven (rubrieken) mag uitgeven. De huidige begroting bestrijkt de periode 2021-2027 en stelt de EU in staat om in die periode ongeveer 1,2 biljoen euro te investeren in zeven uitgavencategorieën. Deze begroting wordt bij uitzondering aangevuld met 806,9 miljard euro aan subsidies en leningen uit NextGenerationEU: het herstelplan van de EU om de sociale en economische gevolgen van de COVID-19-pandemie aan te pakken.

De jaarlijkse begroting van de EU wordt gezamenlijk door het Parlement en de Raad vastgesteld. Het Parlement debatteert erover tijdens twee opeenvolgende lezingen en de begroting wordt van kracht na ondertekening door de voorzitter van het Parlement. De Commissie begrotingscontrole van het Parlement ziet toe op de besteding van de begrotingsmiddelen, en het Parlement besluit elk jaar of de Commissie de begroting van het voorgaande begrotingsjaar naar behoren heeft uitgevoerd.

De jaarlijkse EU-begroting in 2019 bedroeg ongeveer 170 miljard euro — een grote som geld in absolute termen, maar slechts rond de 1 % van de welvaart die elk jaar door de economieën van de lidstaten wordt gegenereerd.

Langetermijnbegroting van de EU voor 2021-2027 & NextGenerationEU



De Commissie is verantwoordelijk voor het beheer en de uitvoering van de EU-begroting en voor de uitvoering van de beleidsmaatregelen en programma’s die door het Parlement en de Raad zijn goedgekeurd. Het grootste deel van de uitvoering en de uitgaven wordt gedaan door de nationale en lokale overheden, maar de Commissie is verantwoordelijk voor het toezicht hierop. De Commissie voert de begroting uit onder het wakend oog van de Europese Rekenkamer. Beide instellingen streven naar een goed financieel beheer.

Elke jaar besluit het Parlement, op aanbeveling van de Raad, of het zijn definitieve goedkeuring, of “kwijting”, geeft voor de manier waarop de Commissie de EU-begroting heeft uitgevoerd. Die procedure zorgt voor volledige verantwoording en transparantie. Nadat kwijting is verleend, worden de rekeningen voor een gegeven jaar formeel afgesloten.

De Europese Rekenkamer is de onafhankelijke externe auditinstelling van de EU. De Rekenkamer controleert of de inkomsten van de EU correct zijn geïnd, of de uitgaven wettig en regelmatig zijn geweest, en of het financiële beheer gezond is. Ze verricht haar taken in onafhankelijkheid van de andere EU-instellingen en regeringen.

HOE NEEMT U CONTACT OP MET DE EU?

Kom langs

Er zijn honderden Europe Direct-centra overal in de Europese Unie. U vindt het adres van het dichtstbijzijnde centrum online (european-union.europa.eu/contact-eu/meet-us_nl).

Bel of schrijf

Europe Direct is een dienst die uw vragen over de Europese Unie beantwoordt. U kunt met deze dienst contact opnemen door:

  • te bellen naar het gratis nummer: 00 800 6 7 8 9 10 11 (bepaalde telecomaanbieders kunnen wel kosten in rekening brengen);
  • te bellen naar het gewone nummer: +32 22999696, of
  • het onlineformulier in te vullen: european-union.europa.eu/contact-eu/write-us_nl

WAAR VINDT U INFORMATIE OVER DE EU?

Online

Informatie over de Europese Unie in alle officiële talen van de EU is beschikbaar op de Europa-website (european-union.europa.eu).

EU-publicaties

U kunt publicaties van de EU bekijken of bestellen op op.europa.eu/nl/publications. Als u meerdere exemplaren van gratis publicaties wenst, neem dan contact op met Europe Direct of uw plaatselijke documentatiecentrum (european-union.europa.eu/contact-eu/meet-us_nl).

EU-wetgeving en aanverwante documenten

Toegang tot juridische informatie van de EU, waaronder alle EU-wetgeving sinds 1951 in alle officiële talen, krijgt u op EUR-Lex (eur-lex.europa.eu).

Open data van de EU

Het portaal data.europa.eu biedt toegang tot opendatabestanden van de instellingen, organen en agentschappen van de EU. Deze kunnen gratis worden gedownload en hergebruikt, zowel voor commerciële als voor niet-commerciële doeleinden. Het portaal biedt ook toegang tot een grote hoeveelheid databestanden van de Europese landen.

Meer informatie

De Europese Unie — Wat ze is en wat ze doet

Europese Commissie
Directoraat-generaal Communicatie
Dienst Redactie en Publieksinformatie
Wetstraat 56
1049 Brussel
BELGIË

Manuscript voltooid in maart 2022

Dit document mag niet als officieel standpunt van de Europese Commissie worden beschouwd.

Luxemburg: Bureau voor publicaties van de Europese Unie, 2022

© Europese Unie, 2022

Hergebruik met bronvermelding toegestaan.

Het beleid ten aanzien van hergebruik van documenten van de Europese Commissie is vastgelegd in Besluit 2011/833/EU (PB L 330 van 14.12.2011, blz. 39).

Voor gebruik of overname van foto’s of andere materialen die niet onder het auteursrecht van de Europese Unie vallen, moet u rechtstreeks toestemming vragen aan de houders van het desbetreffende auteursrecht.

Alle afbeeldingen: © Shutterstock, © Fotolia en © Adobe Stock, behalve voor de afbeeldingen op de volgende bladzijden: Coronarespons; Europese Green Deal; Banen, groei en investeringen; Belastingen en douane; Ruimtevaart; EU-nabuurschap en uitbreiding; Grondrechten; Justitie en de rechtsstaat; Gendergelijkheid; Racisme en gelijkheid; Gelijke rechten voor lhbtiq'ers; Handicap; 50+'ers; Een veiliger internet; Burgers en democratie; Binnenlandse zaken en veiligheid van de burgers; Cultuur, media en sport: © Europese Unie.

IDENTIFICATIEGEGEVENS

Print ISBN 978-92-76-24655-8 doi:10.2775/73623 NA-04-20-632-NL-C
PDF ISBN 978-92-76-24634-3 doi:10.2775/562852 NA-04-20-632-NL-N
HTML ISBN 978-92-76-24607-7 doi:10.2775/178010 NA-04-20-632-NL-Q